Weer een onvergetelijke 'stoot' meegemaakt, vorige week.
'Bart, je moet dringend naar residentie Eros 3B om een deur te openen - een historie met een doofstomme die zit opgesloten, of zo. Jij bent de specialist, saluut!'
Hou ik van, dat soort telefoontjes.
Zeker in de late namiddag.
Zeker in de 'Eros 3B', een residentie tot de nok toe gevuld met gepensioneerden en oude jongedochters.
En gehandicapten, zo blijkt.
Daar ik blijkbaar de specialist was ging ik erheen, ook al voelde ik 't in m'n maag dat een klus die doorgaans geen tien minuten duurt deze keer niet ging verlopen zoals ik 't wou.
Ik voel zo'n dingen.
Ik werd opgewacht door Mireille, de wouldbe verantwoordelijke van 't gebouw.
Gepensioneerd.
Nooit getrouwd geweest.
Een moeial van 't hoogste karaat.
Een van m'n grootste fans, helaas.
'Oh Bart goed dat je'r zijt want ik zei nog tegen Philippe je moet Bart sturen want Bart heeft hier al ontzettend veel fantastisch werk gedaan en Bart zal dat heel snel voor mekaar krijgen en deze man zit al zo lang vast in z'n appartement en Bart is zo'n goede artisan die ons steeds heel goed heeft gedepanneerd en 't is goed dat hij zo'n lieve vrouw heeft en met die wind vliegt de voordeur steeds hard dicht en ...'
'STOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOOP Mireille hou je kweik nu eens twee seconden dicht en vertel me in twee woorden waarom ik m'n werk moest laten vallen?' onderbrak ik haar verbale diarree.
Twintig minuten later wist ik minofmeer wat er was gebeurd.
Een van haar bovenburen is gepensioneerd.
En tamelijk doofstom.
Hij had een vriendin 'een jong prutsding die tien jaar jonger was dan hem!'
Die vriendin was er twee dagen ervoor met z'n portefeuille vandoor.
En z'n telefoon.
En z'n sleutels.
En ze had de deur van 't appartement netjes achter zich vergrendeld.
Onze José zat dus dik in de shit.
En dik opgesloten.
Creatief als hij was schreef hij dus een berichtje en schoof dat onder z'n deur - The Urban Robinson Crusoë 'Ik heb honger, ik zit vast, ga naar Mireille'.
José woonde echter op 't einde van de gang.
Er kon welgeteld één buur passeren, de dame rechtover.
Die was uiteraard een paar dagen weg.
En las het bericht dus pas twee dagen nadat 't was gelanceerd.
José's lief had zo onverwacht een zee van tijd gekregen om diens rekeningen te plunderen in de lokale casino's. Niet te geloven.
'Quelle misère!'
En ik maar op m'n lip bijten om 't niet te besterven van 't lachen.
Wat doorgaans in een vluggertje is gedaan duurde deze keer ietsjes langer. De rotcilinder zal vast. Dit was geen uitboren meer, dit was uitbenen.
Al die tijd zat Mireille er lustig op los te kwetteren met de buurvrouw en nog een andere bronstige begijn.
Om knettergek te worden.
Resultaat: op een gegeven moment heb ik het drietal met een zelden gehoorde donderpreek en een hele resem godverdommes letterlijk uit het gebouw gejaagd. Laat een mens op z'n gemak z'n werk doen, wasdanu.
Goed, wat later hield het slot het als een moegestreden oester voor bekeken en piepte de deur open.
'Voilà meneer, je bent bevrijd!' zei ik tegen de José.
'KWAAAAA????' brulde hij me toe.
Hij was inderdaad doof.
'DAT IK U GODVERDOMME VOOR DAT STOMME KLOTESLOT DRIEDUBBEL GA FACTUREREN GIJ ONNOZEL KIEKEN EN 'T IS U GERADEN DAT GE NOG WAT EUROS OP UW REKENING HEBT STAAN OF 'T ZAL UW BESTE DAG NIET ZIJN!!!' brulde ik terug.
'MERCI MONSIEUR C'EST TRES GENTIL!!!' antwoordde hij.
Toen ik thuiskwam heb ik me een driedubbele rhum uitgeschonken. Cul sec, zonder genade.
En 'k ben wellicht een paar van m'n hevigste fans kwijt, ook.
Wat een opluchting.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten