Pagina's

zondag 18 april 2010

Eyjafjöll, I love you so much


Sinds enkele dagen staat Ijsland terug op de kaart, en hoe! 't Landje mag dan wel failliet zijn - of zijn z'r inmiddels terug bovenop? - maar 't is er dan wel in geslaagd om de helft van Europa lekker in de tang te nemen. 't Heeft trouwens ook gezorgd voor ongeziene miskleunen bij de diverse nieuwsmedia. 'Vulkaan Eyjafjallajökull zorgt voor spectakel' en 'Asregens van de Eyjafjallajökull, een vulkaan in het zuidwesten van Ijsland, sturen het europese luchtverkeer in de war' en dat soort onzin. Beste persmensen, 'Jökull' betekent 'gletsjer'. De Vatnajökull is bijvoorbeeld naast een buur van de Eyjafjallajökull ook de grootste gletsjer in Europa. Je mag dus in opgekuist nederlands gerust spreken over de gletsjer Vatna.
De vulkaan waar het de laatste dagen allemaal om draait heet in werkelijkheid de Eyjafjöll en die zat tot voor enkele dagen mooi onder de gletsjer Eyjafjalla. Een vulkaan is immers een berg en wie bergen op Ijsland zegt zegt sneeuw, dus ijs, dus gletsjers, dus Eyjafjallajökull. Een Jökulhlaup is dan weer een hoop smeltwater die bij zo'n vulkaanuitbarsting meestal vrijkomt. Niet meer dan dat.

Beste Eyjafjöll, I love you! Dankzij jou wordt er eindelijk eens over vulkanisme, geologie, platentectoniek en anders lekkers gepraat in 't nieuws. Zelfs mijn grootmoeder Erikatje, die van de wafels, kon er gisteren aan de telefoon niet over zwijgen. 'Toen ik mijn wasdraad afkuiste plakte er verdorie van dat vulkaanstof aan mijn 'forre''. Ik hou het eerder bij wat stuifmeel maar kom, we gaan bij Erikatje geen mieren gaan neu... , voor die keer dat een vulkaan eens 't onderwerp van gesprek vormt.
Eyjafjöll, jij kon in je dooie eentje ook zowat het hele europese luchtverkeer platleggen. Zelfs Bin Laden deed in z'n goeie jaren niet beter. 'k Vind het altijd fijn dat de mensheid eens terug met z'n voetjes op de grond wordt gezet. 'Jullie dachten alles mooi geregeld te hebben? Kijk wat ik doe met jullie luchtvloot!'.
Eyjafjöll, wat we van jou zien is ook gewoon verpletterend mooi. Geen prachtiger natuurspectakel dan een uitbarstende vulkaan, en zeker als die dan nog eens in een wereld van ijs ligt. Je bent mijn held jong, goe bezig, en doe me nog één plezier: maak je buren wakker.

zaterdag 17 april 2010

vredige ochtendoverpeinzingen

De eerste werkweek zit er weer op. Laminaat gelegd (parkee flottang), schuiframen hersteld, slotcilinders vervangen, wc's en lavabo's gerepareerd, badkamers geïnstalleerd etc. 'Als we ons binnen enkele jaartjes settelen zullen we geen 'stielemans' meer nodig hebben', zegt célia. Is misschien wel iets van. Wat ik nog onthou van deze week is dat het hier nu echt wel zalig warm is, je zou 't kunnen vergelijken met een ideale zomer in Vlaanderen. Waar die temperaturen over twee maanden zullen zitten is een ander verhaal, waar ik me momenteel beter nog geen zorgen over maak. Nu is 't gewoon puur genieten.
Intussen maken de gierzwaluwen buiten een hels kabaal. Ze zijn deze week uit hun afrikaanse winterkwartieren teruggekeerd en schijnen 't hier best naar hun zin te hebben. We zullen ze deze zomer best kunnen gebruiken, wanneer alle 'etangs' hier in de regio zullen veranderen in muggenparadijzen. Met wijd opengesperde bekken zullen ze de stad dagelijks een miljoen muggen lichter maken. Ruwe schatting hoor, gebaseerd op de dagelijks kaloriebehoefte van een doorsnee gierzwaluw, de grootte van de lokale populatie en de kalorische waarde van de doorsnee mug hier uit de regio. Variabelen die dan weer zijn gebaseerd op het aantal afgelegde dagelijkse kilometer van een gierzwaluw, de beschikbare voedselrijkdom van de etangs, omgevingstemperatuur, luchtweerstand en luchtvochtigheid en als laatste, niet te vergeten, de 'Onbekende Parameter'. Zoals ik al zei, gewoon een ruwe schatting. Die gierzwaluwen verdienen een standbeeld, vind ik. Jammer dat er geen grotere versie van bestaat, zo'n enorme vliegende stofzuiger die het niet op muggen heeft gemunt, maar op stadsduiven. Ik heb een grondige hekel aan die vliegende ratten, die vunzige terrasschijters, die roekoerende drukmakers met hun blèrende jongen. 'k Mag dan wel een hardcore vogelbeschermer zijn, stadsduiven vallen daar vol-le-dig buiten. Stofzuigen die grijze handel, waar blijven trouwens die slechtvalken? Gelukkig wordt er af en toe zo'n duif door een Geelpootmeeuw verschalkt - alle beetjes helpen - en gelukkig is er onze Zwarte roodstaart nog, die ons dagelijks op een prachtige portie gekras - zingen kun je dat niet echt noemen - vergast. Maar toch nog liever dat dan dat geroezemoes, dat boerend geroddel, van die grijze paria's. Zei ik trouwens al dat ik niets moet hebben van stadsduiven?
Straks gaan we naar de roddelkmarkt van Marseillan - Marsejang - die naar 't schijnt echt wel de moeite is. Misschien vind ik er wel een oud stuk luchtafweer uit de tweede wereldoorlog. Je weet wel, tegen de stadsduiven...

zondag 11 april 2010

De politie is uw vriend

Yiehaa, de pc is terug hersteld en daarmee ook onze window op de buitenwereld ;-)
'k Was vorige maand nog een anecdote vergeten te vertellen uit 'Belgiëland'. Toen ik immers samen met Célia terug voet aan de grond zette in 'Brussels-South' alias Charleroi kon ik maar aan twee dingen denken: bier en frieten. Een mens heeft soms goesting, niewaar. Met deze lekkere gedachte in m'n hoofd passeerde ik op weg naar de uitgang van de luchthaven de lokale press-shop alias krantenwinkel en wat zag ik net voor de ingang? Een levensgrote stier met ervoor een stapel Humo's. 'Een Humo-lezer herken je aan zijn six-pack' stond er ondermeer op te lezen. Eén humo kopen en een sixpack Jupiler-Tauro krijgen, dat was zowat 't concept. Humo leert z'n volk bier drinken. Ik dus als een wervelwind de winkel binnen waar ik voor de niet begrijpende ogen van Célia - zij had de reclame nog niet opgemerkt - een Humo op de toonbank smeet en m'n zakgeld bovenhaalde. Ze trok nog grotere ogen toen de verkoper me een zak met Tauro's overhandigde. 'Je bent nog geen twee minuten thuis en je loopt al met bier rond, 't kon zeker niet wachten?'. Vrouwen niewaar...
't Verhaal was echter nog niet gedaan. Toen we op onze vrienden zaten te wachten die ons zouden komen afhalen zagen we plots twee politie-agenten dezelfde krantenwinkel binnengaan, om even later eveneens rinkelend naar buiten te komen met elk een zak Tauro's. Twee agenten in uniform die met een zak bier rondlopen, welkom in België. Los van 't lachwekkende van de situatie maakte ik me toch de bedenking hoe je dat soort mensen nog serieus kunt nemen? Doe dat toch nà de uren... 't Werd echter nog erger... Een kwartier later kwamen Chnip en Chnap, onze Jupiler-agenten terug opdagen met een derde compaan en jawel, ze gingen opnieuw de krantenwinkel binnen. Het verhaal van 't gratis bier had blijkbaar z'n toertje gedaan in hun ondergrondse bunker. Deze keer kwam de derde recruut van de politiemacht niet naar buiten met één, maar met twee rinkelende zakken waarmee hij zich naar z'n hol haastte - zoals een eekhoorn met z'n eikel. Vraag is uiteraard wie hier wie was maar kom, 't zal wel voor de - nederlandstalige - interviews zijn geweest. Soit, m'n vriend Dominique was reuzeblij met het cadeautje uit Vlaanderen. Bier drink je immers met verstand, en met je maten...

Laat het maar allemaal kapot gaan

Terug in Frankrijk, dus. Of om het met de woorden van Tine en Emma - onze kleuterbuurmeisjes in Horebeke - te zeggen, terug in 'Frankrijkland'. Onze molen ligt er opnieuw netjes bij: geschoren, gemaaid, ontmost en gekaleid en ook al heeft Tom Boonen het net niet gehaald in Meerbeke, het was toch met een gevoel van voldoening dat ik terug op 't vliegtuig richting Nîmes stapte. Ons Hoogkouterproject zit nog steeds op de sporen. Nu is 't enkel nog uitkijken naar een nieuwe eigenaar maar ook dat komt voor de bakker. Nog positief nieuws: m'n lang verwachte werkloosheidsuitkering van november-december-januari is eindelijk uitbetaald, onze eerste overwinning op de franse administratie. Vanaf 't moment dat ik drie maanden vast aan 't werk ben krijg ik recht op een ziekteverzekering, een gegeven dat in tussentijd wordt opgelost door me aan de verzekering van Célia te koppelen. Mocht Célia geen française zijn geweest dan had ik me dus al die tijd moeten inhouden om vooral niet ziek te worden - tenzij ik beroep had gedaan op een private verzekering. Administratie weetjewel...
'k Ben intussen terug aan 't werk en ook dat loopt vlotjes. 't Is fijn om in een oude stad te wonen die per toeval in een warm klimaat aan zee is gelegen en waar vakmanschap de voorbije tweehonderd jaar heeft opgehouden te bestaan: de halve stad is vochtig en rot en elke dag gaat er wel iets kapot. Heb je trouwens ooit al gezien dat een afloop van de keuken via een flexibele buis dwars door de muur in een trechter van de regenwaterafvoer gaat? Ik wel, eergisteren. Sète is een eldorado voor de 'multiservisser'. Ook al zitten veel sectoren hier op hun gat en swingt de werkloosheid lustig de pan uit, intussen valt de halve stad doodleuk in elkaar en wil iedereen zich blijven douchen en op de pot gaan. Met andere woorden: we hebben vertraging op alle werven. Lang leve Sète, waar het voor 't ogenblik reeds ruim rond de tweeëntwintig graden schommelt. Je hoort ons niet klagen...