Pagina's

dinsdag 28 december 2010

Zalig... en dat soort dingen


Fijn om even terug te zijn. Fijn om tussen de eekhoorns, de pimpel- en koolmezen, de glanskoppen en zwarte mezen, de witte buizerden en roeken te zitten. Diepe sporen in de sneeuw te maken. Vastgereden wagens uit te graven. Vette ademwolkjes in de vochtige lucht te briesen. Nestkasten terug te vinden die je meer dan twintig jaar terug hebt opgehangen, en die nog steeds bewoond zijn. Je molen terug te betreden die je een jaar terug definitief hebt verlaten...
En fijn gewoon om jullie allemaal terug te zien. Ouders, grootouders, meters en peter, nichten, vrienden en kleine rommel, honden, katten en muizen. Eens een nordist, altijd een nordist. In 't zuiden wonen is een ervaring, een onvergetelijke zelfs, maar binnen twee jaar zit onze tour of duty erop en verhuizen we weer. Sowieso. Om voor een jaar of twee, drie, opnieuw te beginnen. Waar weten we nog niet. 'Zolang 't maar in 't noorden is!', zeg ik tegen Célia. 'Ierland, Schotland of Scandinavië!', fingers crossed. Nog twee jaar 'Get To La France'. Tot eindejaar 2012. En dan lonken nieuwe horizonten...
Zorgen, en verwachtingen, voor later. Eerst nog even volop van ons Sètois' avontuur genieten. En nu vooral van jullie aanwezigheid. Vooral dat. Prettig eindejaar aan jullie allen. En mercikes, fijn om even terug te zijn...

donderdag 23 december 2010

Crazy Krizmez

Ik ben dol op kerstverhalen - ook al is er geen groter antichrist op aarde dan ik. Hier een mooitje...
Vanavond zei ik tegen m'n ma dat ik zeker niet al te laat in m'n nest zou kruipen daar we immers over enkele uurtjes naar 't noorden afzakken. Gezien vanuit de Zuidpool, uiteraard. Nu is 't verdorie reeds een forse brok na middernacht en ik lig nog niet te ronken...
Allemaal de fout van Fish-TV aka Célia's aquarium. Weet je, de zakken waren gepakt, m'n geweer gepoetst, m'n botten geblonken, de afwas gedaan, de poezen hadden een droge bak, verse muizen en fris bier, de Indische varkens een propere kooi, vers hooi en frisse cannabisblaadjes en het énige dat we nog niet hadden gedaan was een dweil over de vloer smijten. Ik had er geen goesting meer voor, Célia evenmin. Too late, too tired. We besloten de zaak maar zo te laten want 't leven is nu eenmaal meer dan kuisen alleen. En oh ja, 't water van Fish-TV verversen, dat moest ook nog gebeuren. Snel snel weetjewel. Op 't moment dat Célia echter het deksel van de aquarium ophefte viel een van de lampen uit, uiteraard. In plaats van snel snel ging het dus iets langer duren, Murphy weetjewel. Wij dus aan 't uitzoeken wat er onpluis was met het geval - 'k bespaar je de details - en opeens zegt Célia 'waar komt dat water vandaan?!'. Oeps, 'k was vergeten dat ik in de badkamer een vaatje van 150 liter aan 't vullen had gezet - voor madam's aquarium uiteraard - en dat vaatje was blijkbaar reeds iets te vol. Lees: het halve kot stond onder water... In plaats van de lamp te herstellen moesten we dus eerst al dat water uit 't huis zien te krijgen. En in plaats van te sakkeren heb ik maar een bus detergent gepakt, een scheut over de zeiknatte vloer gegoten en vervolgens het hele huis maar gedweild. Van de nood een deugd maken noemen ze dat.
Het mooie van dit alles? Dat we onverwacht toch een supernet kot hebben én dat we die kl...lamp aan de praat hebben gekregen.
Kerstverhalen hebben altijd een happy end. We kunnen met een gerust hart naar huis...

donderdag 16 december 2010

The Tourist

Van 't weekend een beetje gaan uitwaaien op de Pic Saint-Loup, een kalkbult van een slordige 650m die onwrikbaar het landschap ten noorden van Montpellier domineert. Prachtige wandeling, stralend weer, alweer. Een trip die ik trouwens meer dan tien jaar terug reeds een keertje had gedaan toen we met onze 'équipe Flamande' de vendange deden bij een wijnboer in de buurt. Alleen was het toen zeker dertig graden warmer. En was ik toen een heel pak levenservaring armer...
Naast een favoriete stek voor zweefvliegers is de berg ook een klassieke overwinteringsspot voor Alpenheggemussen (Prunella Collaris), kleine bruine vogeltjes met een witzwart gestreepte zevervod onder de keel. Eind oktober, begin november verlaten de diertjes het Centraal Massief en de Alpen en waaieren uit naar zuidelijker oorden. Bulten en bergen genieten blijkbaar hun voorkeur en om meer te weten te komen over hun trekgedrag heeft een of andere ringer er niet beter op gevonden dan ze van kleurringen te voorzien. In maart gaan onze sympathieke toeristjes terug noordwaarts. Ze blijken erg honkvast, gezien ze elke winter naar hun zelfde berg schijnen terug te keren. Stuit je dus tijdens een zomerse trektocht op een stevig geringde Alpenheggemus, dan weet je dat deze werd geringd op de Pic Saint-Loup. En je mag me dat gerust laten weten...

zondag 12 december 2010

Das Boot

De structuur is zo goed als klaar. Rest enkel nog een lik vernis hier en daar, een 'noisette' lijm links en rechts - bakboord en stuurboord - en dan kan eindelijk de onderzijde - de kiel - worden verpakt. 't Is uiteindelijk een bijzonder robuust geheel geworden. M'n kribbe, en daarrond drie paar pvc buizen met de punten samengelijmd in Y-elementen. Aan boeg en kiel heb je dus telkens drie Y's die samenkomen en deze zijn op hun beurt samengeschroefd, verlijmd en tenstotte aan de buitenzijde versterkt in een schelp gemaakt uit gewapend polypropyleen - info voor de bricoleurs op deze aarde. Het gewicht? Voorlopig niet eens 20 kg. Alles bij elkaar zal hij dus een kleine 25 kg gaan wegen en dat is een bijzonder prettig cijfer voor een kayak. To be continued, again.

vrijdag 10 december 2010

El Nino

Sinds enkele weekjes is Célia's aquarium zo operationeel als maar kan zijn. Er is water (450 liter!), een substraat, een verwarming, verlichting, filter, een decor, en ook fauna en flora. Resten uiteraard nog een paar details wat afwerking betreft maar de boel is in werking en mag gezien worden, niet?

Voor 't moment wordt dit stukje natte-natuur-intra-muros bevolkt door zn 'appelslakken' (Pomacea bridgesii), een Zuid-Amerikaanse zoetwaterslak die bijzonder geliefd is onder aquariofilisten daar ze meestal de planten niet opvreet en bijzonder groot kan worden. Toen Célia ze kocht waren ze amper zo groot als een knikker. Twee maanden later hebben ze reeds het formaat van een fazantenei en als we deze groeicurve extrapolereren naar de toekomst betekent dit dat ze over een jaar zo groot zullen zijn als de teelbal van een olifant - of een struisvogelei, als je wil. Groeien dat die beesten doen! En bovendien zijn die snoodaards deze week met het Plan Voortplanting gestart. Daarvoor verlaten ze 't water en plakken hun roze eiklodders een paar centimeter boven het wateroppervlak. Binnen een week of twee mogen we ons dus aan een hoop El Nino's aka kerstekinderen verwachten. We zijn in blijde verachting, uiteraard...

woensdag 8 december 2010

Bloedheet

Was het vandaag. Vanmiddag twintig graden, meerbepaald. En wij maar werken en beulen en zwoegen, tot het zweet over onze rug stroomde en zich met schurend geweld een weg door onze Grand Canyon baande. Om vervolgens in een vlechtend patroon naar onze schenen te stromen en tenslotte uit te monden in onze veiligheidsschoenen, uiteraard.
En zeggen dat het zaterdagavond welgeteld één onnozele graad was in Montpellier met een luchtvochtigheid van meer dan 99%. Zelden zo'n temperatuurschommelingen in zo korte tijd meegemaakt. Niet te geloven, toch? Er stond uiteraard geen spat wind en 't water van de étang is al dagenlang zo vlak als een egel. Waarom is m'n kayak miljaarde nog niet klaar? 'k Ben uiteraard geen woessie maar 'k heb toch geen zin om dat ding te gaan testen bij zes beaufort en drie graden boven nul. Hopelijk blijft dit zwoele winterweer nog een tijdje duren. Nog een week of twee, graag. And then we'll go offshore!

zondag 5 december 2010

And so this is Christmas

'k Heb het nog niet verteld, maar terwijl jullie in 't verre Vlaanderen nog halsreikend op Sinterklaas zitten te wachten bereidt Frankrijk zich reeds een maand voor op de komst van Père Noël. Sinds begin november! Frankrijk ligt niet op de weg van Sinterklaas. De Fransen zijn te stout, wellicht. Misschien laat de Sint het land gewoon links liggen omdat z'n ezel hier 't hele jaar door aan de touwtjes trekt, 'k weet het niet. In de Elzas komt hij blijkbaar wel, volgens Célia's vriendin die 'Rohfritsch' als familienaam draagt. De Elzassers hebben dan ook Arisch bloed door hun aderen stromen en leunen qua cultuur een heel stuk dichter bij ons aan dan de rest van Frankrijk.
Soit, reeds vijf weken ligt het land in de ban van flikkerende lichtjes, ballen, afgehakte dennen en vooral: cadeautjes. De commercie is er dit jaar extra vroeg bij want door de crisis heeft Jan Modaal minder gespendeerd dan anders en 't is dus aan de rapste om Jan's laatste centjes uit z'n zak te futselen. 'Denk eraan mensen, binnenkort is 't Kerstmis! Kerstmis is cadeautjestijd! Geef uit die laatste cent! Laat je kinderen maar verhongeren, vraag aan de Kerstman om hen een nieuwe Playstation te leveren!'. Zucht. Iedereen laat zich uiteraard vangen en laat zich meeslepen in de imperialistische maalstroom. Ze doen maar, mij niet gelaten. Ik trap daar niet in. Ik heb hun spelletje goed door. Zolang ik maar die extra laag geprijsde snoerloze drilboor kan kopen met extra accu en gratis beitelset. En voor Célia die supervoordelige keineige met echt veldmuizenbont gevoerde winterlaarzen met bijgeleverde anti-poezenspray.

zondag 28 november 2010

Deining

Geweldige deining op zee vandaag. Golven die metershoog tegen de kering kaatsen en toch, stralend zonnetje en geen zuchtje wind! Het antwoord? Een depressie boven Corisica! Woelige zee ginds en haar golvende horden die de boodschap als snelle ruiters naar alle hoeken brengen. En dus ook naar ons Sètje. Prachtig, niet?

vrijdag 26 november 2010

Wazawidu (with the drunken sailor)

Reeds jàààààààààren droom ik ervan een eigen vaartuig te bouwen. Liefst zo simpel, goedkoop en sterk mogelijk. Je zal wellicht weer zeggen dat sterk en goedkoop niet samen gaan maar waar hun huwelijk stuk loopt kan een creativiteitstherapie wonderen verrichten. M'n grote idool is dan ook Thor Heyerdahl, de legendarische Noor die met z'n balsavlot, de Kon-Tiki (zie foto), de Stille Oceaan overstak.
Wie grote dingen wil doen moet echter klein beginnen. Vermits ik m'n roeiclub vaarwel heb gezegd - 'k kon me hoe langer hoe minder echt uitleven vanwege de te gezapige mentaliteit van m'n mederoeiers en stuurman - heb ik besloten m'n eigen zeekayak te bouwen. M'n eerste eigen boot! Een zeekayak! Zo een van die hele lange dingen waarmee de Inuit op walvissen jagen, of op andere Inuit uit een vijandige clan. Inspiratie voor dit fantastische project haalde ik uit de Mythbusters, een stel dolgedraaide Amerikanen die allerlei mythen op hun waarheidsgehalte testen en die niets liever doen dan vanalles de lucht in laten vliegen. Bijvoorbeeld: is het waar dat je met dynamiet een niet uitgekuiste betoncamion weer proper kan maken? Klopt het dat je een waterverwarmer in een raket kan transformeren? Kan je met een vuurwapen echt een gasfles laten ontploffen? Stuk voor stuk belangrijke vragen waarop de antwoorden in onze dagelijkse bezigheden bijzonder nuttig kunnen zijn. De serie is dan ook waanzinnig populair en ik ben uiteraard stikjaloers op de makers ervan.
Soit, Jamie en Adam hebben een tijdje terug bewezen dat je met powertape 'duct tape' een boot kan maken. Geweldig, die aflevering. Zij kozen voor een zeilboot, ik voor een kayak. Zij kozen voor een stalen frame, ik voor pvc en 'contreplaqué' alias 'multiplex'. Het concept is van kinderlijke eenvoud: een houten kribbe (moet ik nog patenteren) en daarrond een stel pvc-buizen met diameter 32. Rond deze structuur span je vervolgens ettelijke lagen powertape en klaar is je boot. Het plan: gïnspireerd op Inuitkayaks, klassieke zeekayaks etc. De afmetingen: berekend op de lengte van m'n benen, de diameter van m'n dunne darm om 6 uur 's morgens, de breedte van m'n gat en de hoogte van m'n navel in zitpositie. Smijt dit alles in een bouwtekening en je bekomt een bijzonder gepersonaliseerde kayak.
Voor 't ogenblik is de kribbe van m'n Wazawidu I klaar en zijn de eerste buizen aan elkaar gelijmd. Buurman Nasser zei me vanavond 'Bart wat steek je nu weer uit?', doelend op de geur van vernis en pvc-lijm die traag maar gestaag z'n winkel binnendreef. 'Ik ben een boot aan 't bouwen, niks aan de hand!', antwoordde ik droog. Als Grissom uit CSI-Miami een zeilboot in z'n garage kan bouwen, dan kan ik toch wel een simpele kayak in ons appartement in elkaar flansen, zeker? Van vier meter, weliswaar. Godzijdank dat Célia niet zo'n moeilijke is. To be continued!

donderdag 18 november 2010

De kakstroet

Waarmee zal ik beginnen? Met de mededeling dat we vandaag een van de iconen van Sète hebben gesloopt? Of met te vertellen dat ik net officieel ben gestart met een nieuw fantastisch en wereldveranderend bouwproject?
Met het eerste maar. Weet je, wij wonen in de Avenue Victor Hugo - zo zijn er wellicht vijfduizend in Frankrijk, net zoals de 'Avenue de la République', 'Av. de la Liberté', 'Av. Charles de Gaulle', 'Av. Jeanne d'Arc' en 'Av. de la Corruption'. Die fransen en hun chauvinisme toch, soms op het karikaturale af. Soit, de Av. Victor Hugo is een van de half dozijn met platanen omzoomde straten in Sète en wie bomen zegt zegt 'Spreeuwen!' - juist ja maar onderbreek me nu efkes niet - 'duiven!!!' - ook juist maar ga je nu efkes zwijgen? - 'Stihl motorzagen!' - ja neen hé, wie bomen zegt zegt honden, toch? Viervoetige snuffelaars die door het gebladerte, en vooral de tronk hout die dit torst, worden gestimuleerd te zeiken en de boel onder te schijten.
De Av. Victor Hugo is een schijtstraat, of zoals ze 't bij ons zeggen 'een kakstroet'. Nergens vind je zoveel drollen op het voetpad als hier, niet te doen. Een gruwelijke afkeer heb ik van dat hondenvolk. Nu goed, er zijn er die het warme tweehonderdvijfenvijftig gram wegende pakketje netjes in een zakje wentelen en het daarna in een vuilbak kieperen, maar het gros maakt zich gewoon heel snel uit de voeten als Ludovic, Dafalgan of Paracétamol z'n kont terug de lucht in steekt en blij kwispelend met z'n achterte pootjes op de klinkers krabt. Ik hààt hen, die vaak stokoude door een gletsjer uitgespuwde bonhommetjes en verfrommelde oude jongedochters met hun stinkende mormels. Nu het voetpad door die tramontane vol bladeren ligt is de leute uiteraard compleet. Stap nooit, NOOIT, op een hoop bladeren want je weet maar nooit of er geen smeuïgaard in hinderlaag onder verscholen ligt.
Nu goed, niet alleen viervoeters voelen hun darmen op kruissnelheid komen in onze straat, ook bepaalde tweevoeters doen zeker niet onder. Niet dat ze zomaar op het openbare wegdek hun broek laten zakken - 't zou er nog aan mankeren - maar wel dat ze tegen de gebouwen zeiken. Sommige gebouwen. Eigenlijk één specifiek gebouw. De 'Clarissa', want zo heet het geval, oefent een onweerstaanbare aantrekkingskracht uit op iedereen die met een stuk in de kraag en een volle blaas de Victor Hugo door moet. Het gebouw heeft namelijk een twaalftal steunmuren die circa 70cm dwars op de buitenmuur zitten met dezelfde afstand ertussen. Die unieke bouwtechnische configuratie maakt dat het gebouw lijkt op een immens urinoir: twaalf nissen die voldoende intimiteit bieden voor een weldoende vlaag van opluchting. De Clarissa is niet alleen berucht in Sète, maar ook ver daarbuiten. Op pagina 67 van de Trotter, 'Trekken door Zuid-Frankrijk, Italië en de gelijkaardige streken in noordelijk Afrika' staat zelfs letterlijk '...en wie geen zin heeft om enkel voor een snelle plas verplicht te worden minstens anderhalve euro neer te tellen - de prijs van de minimale consumptie in een doordeweekse bar - kan voor z'n boodschap terecht op de buitenmuur van de 'Clarissa' in de Av. Victor Hugo.' Zelf heb ik dit nooit mogen uittesten, maar ik kan me bijzonder goed inleven in m'n bezopen medemens en ik geef hem volkomen gelijk. Zeik onder, die Clarissa! Velen zijn me voorgegaan want de stank is er niet te harden. Was, want 't is zover gekomen dat de bewoners van het gebouw besloten hebben paal en perk aan dit typisch Sètoise volksgebruik te stellen. Gisteren en vandaag hebben we alle nissen dichtgemetst. Een voor een. Twee dagen metsen in de stank van bier-, pastis-, en wijnhoudende urine! Wij hebben pas een reden om in staking te gaan en de halve stad plat te branden!
De Clarissa zal dus vanaf vandaag haar kwalijke reputatie kunnen oppoetsen. Hopelijk gaan de zeikers ons eigenste portaaltje niet uitkiezen als nieuwe lozingsplaats. 't Is al goed sommige honden net ervoor keutelen...
En dat nieuwe project? Daar heb ik 't een volgende keer wel over!

dinsdag 16 november 2010

Tramontane!

Stevig windje sinds vanmorgen en wat zien we weer op onze goeie ouwe weerkaart? Een lagedrudrukgiebiedje, als vanouds, een gulzig zuigertje, een groot weergat, een dampende depressie, een akelig afvoerputje. Pal boven de Golf van Genua. Mistral in de vallei van de Rhône, Tramontane in de Languedoc-Roussillon. Stevige rollers worden bijna over de hele breedte van de Etang de Thau opgezweept en laten het waterpeil aan haar oostzijde, onze zijde dus, met tientallen centimeter stijgen. Bijna wolkenloze hemel, alleen jammer van al die prachtig gekleurde herfstbladeren die nu massaal van de bomen waaien...

woensdag 10 november 2010

Man At Work

Verhuizen naar Frankrijk is wellicht een van de meest radicale dingen die ik ooit heb gedaan. Naast m'n voorraad zelfgemaakt buskruit over tientallen confituurpotten te verdelen en in m'n vaders garage te verbergen - hoezo pa, heb ik je dat nooit verteld? oeps!, geografie te gaan studeren, hartje winter een kleine week in de Ardennen op survival te gaan, een relatie te beginnen met een Roosdaalse, alle stelen van m'n ex-schoonvader te breken, een molen te kopen, een relatie te starten met een Française en aan de band in de nachtploeg van een valiezenfabriek - zo van die heel stevige en heel dure, ze hebben hun hoofdkwartier in Oudenaarde - te gaan werken. Arme ouders, die van mij...
Zonder daarvoor in melancholische en al te persoonlijke zever te moeten vervallen ben ik eigenlijk tenslotte een kleine kopie van m'n vader geworden - een man van veel te weinig woorden met handen van goud. Zeg je metsen dan metst hij dat, zeg je lassen dan krijg je de fijnste 'soudures' die er bestaan, zeg je loodgieterij dan herstelt hij dat, zeg je 'elentriek' dan regelt hij dat, en zeg je schrijnwerkerij dan zaagt hij dat properkes op maat. 'k Heb eigenlijk een enorme bocht gemaakt in m'n leven om practisch op hetzelfde punt als hem te belanden en ja, volgens Freud leid ik wellicht aan een of ander jeugdsyndroom dat m'n onderbewustzijn ertoe dwingt aan het geïdealiseerd beeld te voldoen dat ik altijd van m'n vader heb gehad, maar soit daar gaat heb ik het nu niet over. Waar ik het wel over heb is dat ik eigenlijk voor de eerste keer in m'n leven - eigenlijk de tweede want leraar spelen in avondonderwijs was ook best de moeite - een beroep heb dat me bevalt, ook al ben ik daarvoor een slordige duizend kilometer zuidwaarts moeten gaan en wat meer is, ik combineer hier m'n vier grote liefdes: Célia, geologie, ornitolgie en bricologie. Célia is nogal evident, geologie ook met Pyreneeën, Centraal Massief en Alpen vlakbij - als je wil zal ik 't nog wel eens uitleggen, 't begon allemaal met Pangea weet je -, ornitologie is dagelijkse kost - in Vlaanderen nam ik nooit m'n verrekijker mee naar 't werk, hier heb ik hem altijd bij de hand en m'n collega's verschieten zelfs niet meer als ik plots m'n truweel of boormachine laat vallen en m'n kijkding neem om een passerend PZB (un petit zozio brun) te bewonderen - en met bricoleren tenslotte verdien ik m'n dagelijks brood - een lekker terre-à-terre-beroep waar je aan 't eind van de dag tenminste met voldoening achterom kan kijken. Blijgezind naar 't werk, blijgezind weer terug naar huis. Ze betalen me hier om plezante dingen te doen en de Mc Guyver uit te hangen. En oude menskes te pluimen. Goe bezig! ;-)

zaterdag 6 november 2010

Spreeuwenspek voor de valkenbek

Vanavond weer ontzettend genoten van ons dagelijks Spreeuwenspectakel. Zoals steeds net na zonsondergang. Ik begin te denken dat er echt wel een Hoger Doel zit achter de capriolen van de Spreeuwenbal. Zonder me zelfs nog maar in de materie verdiept te hebben denk ik dat het spectakel ondermeer dient om andere Spreeuwen te lokken om nog talrijker de nacht in te gaan. Het gedoe moet immers van zeer ver zichtbaar zijn, en zeker voor zo'n pienter oogje als dat van onze Sturnus vulgaris. Van heinde en verre kwamen groepjes van 10, 20, 50, 100 of meer stuks aangevlogen die prompt in de massa verdwenen en de reeds volumineuze wentelbal alleen maar nog meer aandikten. Spreeuwen lokken Spreeuwen.
En Slechtvalken, net als gisteren. Falco peregrinus kwam, zag en viel aan. Explosief. De enorme bal trok zich in een flits, als een getormenteerde sluitspier, samen, verhoogde z'n snelheid en veranderde van richting, net zoals sardienen doen wanneer er een dolfijn verschijnt. Of een hoop Amerikanen als zich een vliegtuig in een wolkenkrabber boort. De valk dook als een torpedo in de massa en kwam een tel later voorbijgefladderd met z'n avondmaal. Spijt me voor de miserabele kwaliteit van de foto, wees echter blij dat je tenminste iets hebt want wij zagen het in real shocking life. Wat kan gruwel toch prachtig zijn en weet je, ik ken er een die momenteel heel lekker zit te smikkelen...



vrijdag 5 november 2010

Buitengewoon...


Sinds een week of twee worden we elke avond vergast op een nooit gezien spectakel: duizenden Spreeuwen die zich verzamelen boven hun favoriete slaapplaats - dit jaar een stel platanen op de Avenue de Verdun in Sète. Gesynchroniseerd luchtballet, als vliegende sardienen, wentelend, draaiend, splitsend en zich weer samenvoegend, een koe, twee uilen, een ster, een string, een makita-klopboormachine, een boemerang, whatever. Waanzinnig mooi, verbijsterend, gracieus, prachtig, adembenemend, putain de merde. Woorden schieten echt te kort. Geniet gewoon van de foto's, om kippevel van te krijgen. En als klap op de vuurpijl, net na het landen van de laatste Spreeuw, net te laat, foto net mislukt, een Slechtvalk. Dankjewel moedertje natuur, merci...










donderdag 4 november 2010

Reeds een jaar...

Niet te geloven dat we reeds een jaar in 't zuiden wonen. Bijna dag op dag een jaar terug trokken we met een volgeladen wagen - vijf katten, drie cavia's en wij - én een camion - de rest - zuidwaarts. Toen we vertrokken, 's morgens in de vroegte in Horebeke, vroor het op een graad na. Toen we 's avonds aankwamen wees de termometer 20 graden aan. Ironisch genoeg is dat sinds gisteren niet anders. Vanmiddag was 't hier nota bene 26 graden. Zes-en-twintig! En terwijl ik dit zit te rammelen doet ons Kleo alle moeite van de wereld zich op m'n schoot te nestelen. Dat zachte ding was een jaartje terug ocharme niet groter dan een hand en amper drie manen jong. Inmiddels is 't een pront katinneke geworden met de nodige dosis streken dat ons hopelijk een twintigtal jaartjes op onze levensweg zal vergezellen. Kleo verdomme doe je best het zo lang uit te houden meiske, 'k zou graag nog m'n vijfenvijftigste verjaardag met jou vieren, ook al betekent dit dat ik de komende twintig jaar elke morgen je speelmuis minstens tien keer de trap op zal moeten smijten om je tevreden te stellen...
Zesentwintig graden dus, 'k had het gisteren voorspeld. Een hogedrukgebiedje heeft zich immers pal boven onze kop genesteld en zal het er nog een dag of twee uithouden, als je het KNMI mag geloven. Zondag tekenen ze echter een lagedrukgebied in de buurt en ik neem er Heineken op in dat vanaf die dag weer enkele daken zullen sneuwelen en het dwaasheid zal zijn een rok te dragen. Tramontane! 'k Zou hier heel graag een zuiders krachtwoord aan toevoegen maar daar dit wellicht geen meerwaarde aan dit schrijfsel geeft zal 'k het maar achterwege laten. In de zuidfranse bouwsector werken verhoogt nu eenmaal je vocabularium. 'k Had een jaar geleden nooit gedacht dat ik bepaalde gepimenteerde frasen een jaar later als courant from 9 to 5 zou gaan gebruiken. Rare jongens die fransozen. Al mag je ook ons lokale Zuidbrabantse dialect niet onderschatten. Een van de mooiste uitdrukkingen vind ik bijvoorbeeld 'dat zal tegen uw kl... sneeuwen motje!'. Prachtig vind ik dat, maar dat geheel terzijde. Wat dit betekent? Eveneens totaal terzijde uiteraard. Wel, als iemand je zegt dat het tegen je ... zal sneeuwen dan bedoelt hij of zij dat je plan niet zal doorgaan. 'Het zal tegen je ... sneeuwen dat je die oude legertank over de autostrade zomaar van Duitsland naar hier zal kunnen rijden!', om zomaar iets te noemen.
Dat jaar is gewoon voorbijgevlogen. Nooit gedacht dat ik 't hier temidden van les Sètois zo lang zou uithouden. 'k Weet echter nu reeds dat - mochten we ooit opnieuw verhuizen - het me zwaar zal vallen. De nabijheid van de zee verruimt je geest, 't is als een afvoerputje voor latente stress en de aanwezigheid van Centraal Massief, Causses en Pyreneëen geeft goesting. Elke dag weer. Op heldere dagen zie je de besneeuwde toppen van de Canigou en de rest van de Pyreneëen in de verte en ook al zit je op een slordige 200 km ervandaan, toch geeft het een goed gevoel te weten dat ze'r zijn. De heldere hemels, prachtig verkleurde wijnvelden, massa's vogels op trek, enkele bijzondere fijne mensen, een leuke job en een hoop extra tijd daar 't reeds lang geleden is dat ik drie uur per dag kwijtspeelde in de dagelijkse rush naar Brussel - spek naar onze bek hier, zeker weten. Soit, we gaan er gauw nog een trappistje op drinken op 't terras, nu het nog warm is...

vrijdag 29 oktober 2010

Grus grus


Zonet trokken er twee machtige formaties 'Grues cendrées' aka Kraanvogels over onze atelier om over de Bassin de Thau richting Agde richting Pyreneëen mooi de kustlijn volgend richting Spanje of Noord-Afrika te verdwijnen. Lichte oostenwind in de rug en trekken maar. MAAAAACHTIG!!! Een kleine vijfhonderd vogels trompetterend op weg naar hun winterkwartieren. Alweer zo'n kippevelmoment. En zeggen dat ik ooit m'n middagpauzes in een grijs buroke in hartje Brussel doorbracht, turend naar een armtierig stukje blauw boven een al even grijze binnenkoer van een nog grijzer Ferrarisgebouw. Working class hero zijn is bijlange zo slecht nog niet...

credit foto: Olivier Ffrench - www.offrench.net

maandag 25 oktober 2010

Blowing in the wind

Sinds vanmorgen staat er een snoeiharde Tramontane, een superbries uit het west-noordwesten die steevast gekoppeld is aan een lagedrukgebied (of cycloon) boven de Golf van Genua. In de vallei van de Rhône staat dit fenomeen bekend als Mistral. Dit lagedrukgebied zuigt in feite lucht naar zich toe en vermits die lucht zich ten westen ervan tussen twee bergketens (Pyreneëen en Centraal Massief) moet persen en in het noorden eveneens (Centraal Massief en Alpen) treedt er in de vlakkere zones die hen scheiden een supersterk flessehalseffect op. Luchtmassa's persen zich tussen de bergen door en je krijgt een levensgrote windtunnel. De locals vinden deze wind 'penible' omdat hij onafgebroken tegen alles en iedereen aan beukt en ze'r stijve koppijn van krijgen. Toegegeven, met windstoten tot 120 km/u is 't soms echt moeilijk op de been blijven en die gyprocplaat die ik vanmorgen goedbedoeld uit de camion haalde bevindt zich momenteel wellicht reeds in Vaticaanstad. Trouwens, dit brengt me op een idee. 'k Ga gauw wat molotovcocktails van plastic vleugels voorzien. Zo kan ik straks gratis en voor niks 't Vaticaan bombarderen. Eat your heart out, Ratsy!


De cycloon boven de Golf van Genua veroorzaakte trouwens ook de eerste grote sneeuwval van dit najaar in de Alpen (www.eumetsat.int). 'k Wacht vol spanning op de eerste beurt voor de Mont Aigoual, m'n sneeuwraketten jeuken!

zaterdag 23 oktober 2010

Rien à foutre

Ook hier is 't intussen najaar. 's Ochtends is het reeds behoorlijk friskes - uiteraard niet fris genoeg om me ervan te weerhouden nog steeds in short te gaan werken - en blijft het elke dag een beetje langer donker. Het merendeel van 'les sètois' gaat reeds gehuld in dikke winterkledij en sommigen steken zelfs paletten in brand om de kilte uit hun botten te jagen. Die fransosen toch. Dat werkt dan ocharme amper 35 uur per week en dat leeft hoe langer hoe langer, en toch willen ze per sé op 62 jaar met pensioen. Of nog vroeger als je sommigen mag geloven.
De grote stakingsgekte gaat gelukkig aan Sète voorbij, wat benzineschaarste en zich opstapelend huisvuil in de straten uitgezonderd. Dat laatste is echter een typisch sètisch gegeven. Les sètois hebben immers italiaans bloed in hun aderen en dat merk je op alle fronten. Zelfs de rest van Frankrijk is het hiermee eens. Dikwijls vraagt men me 'zijt ge 't hier al een beetje gewoon?'. 'Wel,' zeg ik dan, 'Sète op zich is best te doen, alleen jammer dat er sètois wonen.' Het strafste is dat er tot nu toe niemand is geweest die in discussie wou gaan, sètois én niet-sètois. Het zijn onvermoeibare drukmakers die bij 't minste kanonschot in een muizegaatje kruipen en die zich niets aantrekken van wat er om hen heen gebeurt. Die eilandmentaliteit - Sète IS een eiland dat slechts met een tauwtje aan Frankrijk bengelt - zit er echt ingebakken. Parkeer ik me zoals een konijn dan is dat zo. Lekt er benzine uit m'n boot dan is dat zo. Schijt mijn hond voor jouw deur dan is dat vanaf nu jouw probleem. Vergeet ik bij een nieuwbouwproject her en der een bad aan de afvoerleidingen te koppelen waardoor na de eerste ingebruikname tientallen emmers water de villa intsoenamiseert dan is dat ook zo, 'rien à foutre'. Geen wonder dus dat het huisvuil zich begint op te stapelen in de straten, je waant je in sommige wijken in hartje Napels.
Ook ten huize van Casa Felina alias het kattenkot begint koning winter z'n intrede te doen. 'k Heb vorige week voor de eerste keer spruitjes in trappist met puree met witte en zwarte pensen en nog meer trappist gemaakt, hét startsein van een maand of vier lekkere koolgeur in de buurt en een lang bakkes van meneer-de-bodybuilder-buur die deze aroma's als een gek uit z'n winkel probeert te jagen. Wacht maar tot ik m'n eerste gratin met look uit de oven ga halen. Best mogelijk dat z'n winkel de lucht in vliegt. Rien à foutre.

zondag 17 oktober 2010

Holy Ground

Gisteren wandelden we op heilige grond. We bevonden ons slechts op een uurtje rijden hiervandaan in de Gorges de la Jonte, een zijtak van de Gorges du Tarn op een tankscheut van Millau - het stadje met z'n viaduct weetjewel.
Op deze plaats begon het vele jaren terug allemaal. Op de plaats waar immers dertig jaar ervoor de laatste Vale gier van de streek werd neergeschoten besloten enkele vrijwilligers in de jaren '70 deze vogel terug in te voeren. Eeuwenlang had men de gieren vergiftigd, in de val gelokt, uitgehongerd en neergeschoten, maar in het zog van de mondiale mentaliteitsverandering van die tijd begonnen enkele vrijwilligers een van de meest succesvolle herintroductieprojecten ooit.
Het begon echter met een valse start. Uit de Pyreneëen werden enkele jonge dieren geplukt en ter plaatse losgelaten. Eentje werd geschoten, eentje verongelukte, twee gingen ervandoor en twee verdwenen spoorloos. Gieren zijn immers bijzonder honkvast en een dier dat op plaats A wordt geboren blijft z'n hele leven in de buurt van plaats A. De giervrienden begrepen dat ze 't veel grootser moesten aanpakken wilde hun project kans op slagen hebben. Dus bouwden ze ter plaatse enkele immense volières en bevolkten deze met een 200-tal gieren afkomstig uit gevangenschap, waaronder blijkbaar twee exemplaren uit de de Zoo van Antwerpen. Tegelijkertijd gingen ze alle mogelijke betrokken partijen bewerken en opwarmen, zonder steun van de lokale bevolking red je 't immers niet.
De jongen die uit het project voortkwamen werden in het begin van de jaren '80 vrijgelaten en het duurde niet lang vooraleer de eerste giertjes in de vrije natuur uit hun ei kropen, het begin van vele generaties. Vandaag telt de Vale gierenpopulatie in de regio van Gorges en Causses zo'n 850 stuks. Niet alleen de Vale gier werd geïntroduceerd, ook Monniksgier en Aasgier kregen hun plaatsje terug.
Wat een hoop gedreven vrijwilligers niet bereiken kan. Er moet indertijd een immense hoop werk zijn verzet: bricoleren, observeren, sensibiliseren etc., enkelen hebben hun leven gespendeerd aan het opnieuw invoeren van deze majestueuze vogels. Vandaag zijn er in deze streek geen abattoirs meer. Veetelers laten hun kadavers ophalen door de giervrienden en deze worden op een vijftigtal voederplaatsen gedeponeerd. Sommige zijn zelfs voorzien van camera's. De dieren zijn een toeristische attractie op zich geworden, ver van de gekte in de Gorges du Tarn...
Nabij de plaats waar het allemaal begon bevindt zich het 'Belvédère des Vautours', een interactief museum ingebouwd in de kalksteen en opgedragen aan de gieren van de streek. Echt een aanrader en zeker een spot die we volgende lente opnieuw gaan bezoeken...

Credit foto: www.ruchet.com

vrijdag 15 oktober 2010

Iedereen Avatar

Ik ben blij dat de mensen m'n gedachten niet kunnen lezen. Toch lees ik vaak doodsangst in hun ogen en ruik ik de vrees voor het Laatste Uur, verlamde spieren, koud zweet in hun lichaamsholten en urine in hun schoenen. Ik zeg nu eenmaal meestal wat ik denk en dat is binnen een hypocriete maatschappij eerder ongewoon.
Neem nu overheidsinstanties. In Vlaanderen of in Frankrijk maakt niet uit, ze blijven een noodzakelijk kwaad dat ons verplicht aan een hoop rotzooi te voldoen om de rest van 't jaar gerust gelaten te worden. Mensen hebben nood aan stabiliteit en als een of ander voorschrift stipuleert dat je dat en dat en dat en zeker niet te vergeten dat nodig hebt om dàt te kunnen bereiken, dan kan je je daar als onnozele burger beter naar schikken en zeker geen vragen stellen want daar krijg je toch maar een maagzweer van, zaadcellen zonder turbo en hoofhaar zonder pigment.
Soit, dit alles gewoon maar om te zeggen dat ik vanmorgen weeral eens goesting had om iemand te vermoorden. Zomaar iemand, of het nu die postros was die me zei dat ik de volmacht van Célia, nodig om een aangetekende brief op te halen die op haar naam was toegekomen, niet zelf kon schrijven laat staan ondertekenen, goed wetende dat we onder 't zelfde dak wonen, of dat mutualiteitswijf dat me vertelde dat ik alle dossierstukken die ik maanden terug had ingediend om hier een ziekteverzekering te bekomen (wat uiteindelijk niet kon daar je daarvoor minimum drie maand gewerkt moet hebben) opnieuw moest indienen want dat zij niet de gewoonte hadden om dat soort zaken te bewaren (gelukkig heb ik kopies), of die belastingentrut die me orakelde dat ik nog dat en dat en dat moest binnenbrengen om een formulier te krijgen dat ik later zou nodig hebben bij m'n aanvraag voor een franse nummerplaat, dat maakte uiteindelijk niet zoveel uit. Ik wou ze gewoon alledrie vernietigen, of ten minste een van de drie. Omdat dit in het normale leven niet kan zonder twee jaar celstraf aan je been - vroeger was dat denk ik een stuk meer - vind ik dat iedereen z'n avatar moet hebben. De mijne zou als pseudo het originele en bijzonder grappige 'Natural Born Killer' krijgen. Natural Born Killer zou de postros verzenden met haar eigen werkgever. In tien verschillende postpakjes, uiteraard. Het mutualiteitswijf zou hij besmetten met de groene eendenstuitkoorts - een ziekte die je geselt met gekleurde en branderige genitaliën - en de belastingentrut zou worden gebrandmerkt met haar eigen stempels en vervolgens in pek en veren worden gezet. De dame die echter superbehulpzaam was tijdens de technische controle van onze wagen - die trouwens positief was, wat er niet meer aan mankeerde want het vehikel was reeds tweemaal dit jaar in België gecontrolleerd: eenmaal deze zomer tijdens de reguliere controle van de vorige eigenaar en nog een keer net voor de verkoop om er in België mee te mogen rondrijden - zou ik confisceren als persoonlijke slavin.
Alleen al erover spreken bezorgt me een zeker gevoel van opluchting.
Zomaar een voormiddag in Sète. Enkel nog een paar ditjes regelen en datjes kopiëren en we kunnen er weer een jaar tegen. Misschien zelfs langer.

woensdag 6 oktober 2010

10466


Tienduizend vierhonderd zesenzestig. Zoveel boerenzwaluwen passeerden vorige zondag de trektelpost van Gruissan nabij het Zuid-Franse Narbonne. Een enorm cijfer, en dat slechts op vier uur tijd wat maakt dat het reëele dagcijfer wellicht nog een stuk hoger lag. Dit getal verbaast me trouwens geen knijt want dit weekend was 't spectaculair vogels kijken in 't zuiden van Frankrijk.
Ons vogelkijken van vorige zondag vond eigenlijk z'n oorsprong enkele weken terug toen ik terugkeerde uit Organby. 'k Was immers nog geen twee uurtjes onderweg melancholisch John Denver-zingend aan 't terugsporen toen de motor van onze goeie ouwe Mazda plots aan 't roken sloeg en dat net in een zone zonder pechstrook... Doorrijden dus, wat verder rokend aan de kant, fluovest aan, op de motor plassen, nog meer rook, verzekering bellen, pechdienst etc. en een lange cinema later bleek dat door een lek in de koelvloeistofleiding de 'joint-de-culas' naar de knikkers was en de wagen tot nader order in een lokale garage z'n lot moest afwachten. Soit, 't komt erop neer dat we inmiddels een andere wagen hebben, of toch bijna, en we vorig weekend doodleuk 300km terug naar Tarbes zijn gekoerst om de oude wagen leeg te maken en onze nummerplaten te recupereren.
Op zich geen schokkend nieuws uiteraard en geen aanleiding tot het omverwerpen van de regering en het installeren van een macrobiotisch homosexueel overgangsregime, of het overvallen van een kruidenierswinkel om maar iets te noemen. Tarbes ligt echter net ten noorden van Lourdes en dit laatste gekkenoord is de poort van de centrale Pyreneeën. Geen wonder dus dat we wat langer zijn blijven plakken dan nodig en we van de gelegenheid gebruik hebben gemaakt om wat te vogelen en geografieën. Beiden zijn vanaf nu geldige werkwoorden. Ik geografie, jij geografiet enzoverder. Betekenis: de omgeving verkennen met oog voor biotiek en abiotiek. Voor fauna, flora en de vier elementen dus. En lokale streekbieren, als 't even kan. Het kon echter even niet want verder dan 'Amstel' en 'Känterbrau' komen ze niet in dit rotland. Sinds wanneer zijn dit trouwens 'bier'-soorten?
Aan vogels was er echter geen gebrek. Toen we zondagochtend in Gavarnie - met z'n beroemde 'cirque', jawel - aankwamen stond er immers een snoeiharde droge noordenwind die massaal honderden, neen duizenden, boerenzwaluwen aanvoerde. Spectakulair. Het dorp werd overspoeld met zwaluwen die massaal het aankomende noodweer ontvluchtten en gebruik maakten van het welkome duwtje in de rug om de grens over te steken. Toen we de telescoop op de bergkammen richtten zwermde het in de lens, zelden het fenomeen vogeltrek zo intens over m'n ruggegraat voelen rillen. Dju toch, wat is vogeltrek toch mooi!
Niet alleen de zwaluwen waren van de partij, ook een deel van de 'big-five' van de Pyreneeën ontbrak niet. Tussen haakjes: op vijf Slechtvalk, op vier Dwergarend, op drie Aasgier, op twee Steenarend. En op één? Lammergier, uiteraard. Twee sub-adulte Steenarenden hadden we vrijwel meteen in de kijker, en net op 't moment dat je de hoop opgeeft om een Lammergier voor de lens te krijgen scheert er plots een juveniel - een 'joenk' van dit jaar - hoog boven je hoofd. De hoofdvogel was binnen. Nauwelijks was ons enthousiasme bekoeld of er verschenen twee adulte Lammergieren in de cirque. Een kwartier lang hingen ze de tortelduif uit en bleven ze gevangen in de scoop. Straffer nog, de rest van de namiddag bleven de twee prachtig zichtbaar in de omgeving. Gavarnie is blijkbaar 'hot' voor deze soort. Op zich is het bergdorp trouwens niet meteen een vermelding met grote V waard. Het landschap is best spectakulair en groots, toegegeven, maar je moet helaas eerst de hel door om van de rijstpap te kunnen smikkelen - weer zo'n typevoorbeeld van 'alpiene carnavalisering'. De helft van de huizen zijn bars en hotels, de andere helft souvenirwinkels waar postkaarten en pluchen marmotten worden verkocht. Die fluiten als je ze passeert, bovendien. Een keer is leuk, twee keer enerverend en drie keer teveel. Ze blijven zelfs doorfluiten als je ze de nek omdraait. Met een wortel, of suikerbiet, in hun gat zingen ze echter een serieus aantal octaven lager. Ik heb altijd suikerbieten in m'n rugzak, voor 't geval dàt...
Even een weekendje gaan vogels kijken in de Pyreneeën, dus, op een goede drie uurtjes rijden van Sète. 't Heeft z'n voordelen om hier te wonen...

zondag 19 september 2010

Bon chasseur mauvais chasseur


les chasseurs - les inconnus

Kennen jullie deze sketch van 'les inconnus'? Bijzonder cult in Frankrijk en Wallonië...

Schot in de zaak

Het gaat goed met Vlaanderen. Bijzonder goed zelfs. Vlaanderen is wellicht het enige land - moeten we echt nog over België spreken? - waar de overheid in de meest ingewikkelde bestuurskwesties kan verwikkeld zijn en waar ministers en hun kabinetten toch nog tijd kunnen vrijmaken voor wat in de volksmond bekend staat als 'dienstbetoon'. Dat dit laatste heel gewoon is op lagere bestuursniveau's is een bekend gegeven 'Hallo meneer de burgemeester? Ja seg de jos hier hé, seg jong zou je eens aan je personeel kunnen vragen om de modder van 't straat te scheppen? Ge weet dat met die regen van de laatste dagen... wat? Hoeveel? Wel, laten we zeggen toch een kruiwagen of drie... Geen probleem? Merci jong, en de groeten aan de madam hé!'. Heel populair in Vlaanderen, dat geeft een mens het gevoel er niet helemaal alleen voor te staan in deze harde wereld.
Dat dit ook op hogere niveau's werkt is uniek, enkele kleine Himalayastaatjes en geïsoleerde woestijnlanden uitgezonderd. Het enige verschil met deze laatste is dat zij niet in quasi-oorlog verkeren met hun buurstaat en hun inwonertal zelden de paar honderdduizend overschrijdt.
'k Zag het enkele weken geleden al voor me. 'Hallo joke? Seg de jos hier hé! Of die modder al weg is? Geen probleem, de burgemeester heeft dezelfde dag nog drie werkploegen, een kraan en twee opleggers gestuurd. Onze straat heeft er nog nooit zo proper bijgelegen. Joke, waar ik eigenlijk voor bel, vanmorgen lagen er weer drie kiekes dood in mijn hof. Die smerige vossen hé! Doodgebeten verdomme, gewoon de nek af, krak en gedaan. Mieke ge moet daar eens iets aan doen meiske want... wat? Of ik m'n kiekes 's nachts in hun kot steek? Tuurlijk doe ik dat, ge weet dat ik altijd doe wat ge mij vraagt hé maar weet ge, die rotvos is gewoon onder 't kot doorgekropen. De smeerlap! 'k Kan toch moeilijk dat kot op een betonplaat gaan zetten hé, ge begrijpt dat wel, en zeker op mijne leeftijd zijn dat geen werken meer hé... blablabla, die groen' zetten al die vossen uit blablabla, dat moet nu eens eindelijk gedaan zijn blablabla, en ons moe klaagt weer van haar knie blablabla, mijne gebuur heeft er ook last van blablabla, nee niet van die vos, van z'n knie blablabla en ge moet de jagers vragen om er meer op te schieten want die luieriken schieten liever op uitgezette fazanten blablabla...' En ondanks de bijzonder ingewikkelde stoelendans waar het land in verwikkeld is mobiliseerde joke al haar kameraden en maakte ze een hoop middelelen vrij voor het redden van jos' kiekens.
Een eens-en-voor-altijd-alle-misverstanden-van-de-baan-ruimende-sensibiliseringscampagne had wellicht eenvoudiger geweest, maar de Vlaamse regering heeft nu eenmaal een lange traditie om enkel boeren- en jagers-gezinde ministers in dienst te nemen. Dat was zo ten tijde van Peeters - remember, die jacht in de natuurreservaten? - en dat is nog altijd zo ten tijde van Schauvliege. Eerst afschieten, dan praten. En zeggen dat haar partij de eerste is om anderen van radicalisme te verwijten... Een diersoort afschieten omdat zij een andere soort schade berokkent is niet meer van deze tijd.
Ontelbare studies - ook door jagers gefinancierde - hebben uitgewezen dat op vossen schieten hetzelfde is als wat de Amerikanen deden in Vietnam. Hoe meer Vietcong je neermaait, hoe talrijker ze op je stellingen afstormen.
Verstandiger zou zijn om constructief na te denken hoe mens en vos harmonieuzer kunnen samenleven. Reintje heeft als regulator z'n plaats in ons Vlaamse ecosysteem. Elementaire ecologie, joke.
'Zolang je de kleine man zoet houdt met z'n kleine kwaaltjes en probleempjes gaat hij geen revolutie beginnen' moet ze gedacht hebben. En dus wil ze met grof geschut van leer trekken tegen de viervoetige horden en voor het redden van ons dierbaar pluimvee. 'Joke gaat daar iets aan doen moe!' zei Jos zegen z'n wijf.
Het gaat goed met Vlaanderen.

vrijdag 17 september 2010

Up where we belong


Sinds woensdagnacht terug uit de bergen. En sinds woensdagnamiddag reeds goesting om terug te gaan... Vier daagjes Organby is kort. Een maand Organby is eigenlijk ook kort. Als er één plek is op aarde waar ik tot rust kom dan is het ginds, omringd door een stel vrienden die ik de voorbije vijftien jaar slechts een vijftal maal heb gezien maar waarmee ik steeds ongelooflijk intense momenten heb beleefd. Onvergetelijk. Zoals ook weer deze keer...


Zondag zat de col potdicht, een dicht wolkendek hield alle vogels aan de grond. Op een handvol Wespendieven en een occasionele Visarend na was er nauwelijks passage en dus maakte ik van de gelegenheid gebruik om over de Frans-Spaanse grens in zonniger oorden wat vogelmoois te gaan opsnuiven. Geen slecht idee want 'k was nog maar net de grens over of ik kreeg reeds een Lammergier in m'n gezicht, bij manier van spreken. 'k Kreeg hem in de kijker toen hij op zo'n twee kilometer afstand over een bergkam scheerde en zich vervolgens een kwartiertje in 't zonnetje posteerde, temidden van een kudde wollige bleiters en zich niets aantrekkend van 't koppel Slechtvalken dat boven hem wat kapriolen maakte. Toen hij eindelijk terug het luchtruim koos maakte hij geen rondjes - wat maar al te mooi zou zijn geweest - maar hij vloog in rechte lijn naar me toe en scheerde op een dertigtal meter over m'n hoofd - wat uiteraard nog een stuk mooier was. Soms grenzen vogelverhalen aan 't onwaarschijnlijke. Ik kon zelfs z'n baard zien! Welkom terug in Organby, 't leek wel of ik er nooit was weggeweest...


's Anderendaags hing er vuurwerk in de lucht. Het weerbericht had ruime opklaringen in de westelijke Pyreneeën voorspeld en klassiek wordt zo'n fenomeen vergezeld van stevige trek. We kregen gelijk: Wespendieven, Zwarte Wouwen, Bruine en Blauwe Kiekendieven, Slangenarenden, Dwergarenden, Visarenden, Sperwers en Zwarte Ooievaars, het werd een hectische dag waarin de vogels uit alle richtingen schenen te komen en massaal Frankrijk ontvluchtten. Onze handen vol hadden we met zoeken, volgen en noteren. Pure adrenaline. Maandagavond sloten we de telling af met een nieuw dagrecord voor de col: niet minder dan 205 Zwarte Ooievaars zagen we overtrekken! En zeggen dat het vorige record op een kleine honderd stond...
Verwondert het je dat we dat stevig gevierd hebben? 's Avonds vloeide de Patcharan rijkelijk en zongen we er stevig op los. Zoals gebruikelijk brandden we in de vroege uurtjes enkele jagershuizen plat waarna we sommige jagershoofden op tuinhekjes spiesten en andere ombouwden tot bierbeker. Een van de vogelaars kreeg het idee om van de rossige jagersnorren wc-borstels te knutselen en terwijl we enthousiast op dit lumineuze voorstel ingingen hielden we ons gerstenat koud met een dozijn ijzige harten. Met de volatiele ego's hebben we tenslotte nog drie zeppelins gevuld. Wat een creatieve nacht was dat, Baskische feestjes mogen er wezen.
Dinsdag en woensdag was er iets minder trek, maar zeker niet minder leute. Geen beter teambuilding dan op een hoge bergcol trekvogels observeren en wc-borstels knutselen...


De Col d'Organbidexka wordt nog permanent bemand tot en met 15 november. De trek van Houtduiven, Holenduiven, zangvogels, Rode Wouwen etc. staat immers nog voor de deur en met de passage van de Kraanvogels wordt als vanouds het trektelseizoen afgesloten. Het zou me geen haar verbazen mocht ik er binnen een maand of twee nog eens voor een weekendje heen gaan. Vandaag is de eerste dag van de rest van m'n leven. Zeker weten.

zaterdag 4 september 2010

Geen geluk voor jou

Vorige week hebben we voor 't eerst het fenomeen 'bosbrand' meegemaakt. Als noorderling word je daar slechts zelden mee geconfronteerd en dus was m'n eerste reactie iets in de trant van 'hoera een vulkaanuitbarsting!!!' - een enorme kolom bruinzwarte rook steeg immers op aan de noordzijde van de Bassin de Thau en dreef met de wind snel zuidwaarts richting Sète. 'k Realiseerde me echter snel dat een of andere gek de vlam aan de garrigue had gestoken en zo op 't eind van de zomer heeft zoiets catastrofale gevolgen. Ook al waren de blusvliegtuigen - 'de canadairs' - bijzonder snel ter plaatse, toch konden ze niet vermijden dat een kleine duizend hectare garrigue in de as werd gelegd... 's Anderendaags hing er een brandlucht over de hele regio. Geloof het of niet, maar zo'n garriguebrand ruikt - 't spijt me echt en 'k kan er niks aan doen - bijzonder lekker...
Bijzonder spectaculair ook hoe de vliegtuigen de rook indoken om hun ballast boven de vuurhaarden te droppen, en hoe minuscuul leken die enorme machines wel tegen het gigantische inferno. Ze bevoorraadden zich in de Bassin de Thau, en 't zou me niet verbazen mocht hier vroeg of laat een onfortuinlijke snorkelaar als blusmateriaal worden gebruikt, opgeslokt 'gloupsé' in de buik van een canadair.
't Zal je maar overkomen als romantische duiker. 'Hé lekker ding, zin om deze avond bij mij thuis oesters façon Désiré te komen eten? Weet ge, ik ga mijn oesters altijd zelf plukken' zegt hij terwijl hij zelfzeker zijn biceps laat rollen terwijl hij z'n duikersmes slijpt. 'Puur natuur meiske, dat is mijn ding. Ik, alleen in 't water, een zijn met de elementen tu sais. Zo'n smaakvolle mollusken zal je nog nooit gegeten hebben' voegt hij er nog aan toe.'Tu sais, 't is eens wat anders dan op octopussen jagen' vervolgt hij z'n verhaal terwijl de blondine haar ranke staken weker en weker voelt worden. 'Zie je dit lidteken op m'n buik?' vraagt hij plots terwijl hij z'n gescheurde shirt tot boven zijn chocoladereep rijft. 'Een haai?' vraagt het weekdiertje. 'Een barracuda? Een toornige tarbot?' 'Neen, de schroef van mijn buitenboordmotor, oeps, maar minstens vijftien liter bloed heb ik verloren!' sluit onze oesterfluisteraar z'n verbale bronst af. Ticket to heaven jong, je hebt ze binnen!
Maar o wee, wie had ooit gedacht dat hun romantische plannen brutaal gingen worden verstoord door een bosbrand op meerdere kilometer daarvandaan? Toen de canadair immers het water indook bevond Désiré de Domme Duiker zich helaas op het verkeerde moment op de verkeerde plaats. Arme Désiré, geen geluk voor jou. Hij werd geradbraakt in de buik van het blusvliegtuig, verdronk tijdens z'n laatste vliegreis, werd vervolgens uit het vliegtuig gesmeten om uiteindelijk te worden gebraden en verkoold in de bosbrand van 31 augustus, een totaal gedesillusionneerde deerne achterlatend 'waarom komt hij nu niet?'. En vooral 'waarom ruikt het hier naar verbrand rubber?'. Vaarwel Désiré, je had zo'n warm hart...

Brieven vanuit mijn molen

Zonet een nieuwe site online gezet. Geen verhalen uit het departement 34 deze keer maar een hoop anecdoten over een prachtige stenen windmolen in de Vlaamse Ardennen...

Het volledige adres: http://hoogkoutermolen.blogspot.com/

donderdag 2 september 2010

Organby, here we come!

Welkom september welkom! Eindelijk, eindelijk zijn we in september aanbeland, een maand die wat mij betreft met kop, schouders en kl...eurrijke delen van 's mens anatomie boven alle andere jaarmaanden uitsteekt. Tot m'n achttiende, ofzo, heb ik deze maand steevast vervloekt en, gemetaforiseerd door een kastanje, tijdens de zomervakantie met speldjes doorprikt - voodoo voor beginners - maar eens de klassieke schoolbanken verlaten was er enkel nog plaats voor liefde en verlangen voor de maan-waarin-de-zanglijsters-in-schijtlijsters veranderen, om het op z'n indiaans te zeggen. De vlier is immers rijp in 't noorden, niet?
September is vogeltrekmaand, en gedurende vele jaren was dit steevast het moment om naar het Zweedse Falsterbo te gaan of, later, naar het Franse Organbidexka. Een keer zelfs naar beiden. Die korter wordende dagen, dat prachtige ochtend- en avondlicht, de morgenmist, al dat vogelgedoe, die mystieke sfeer die uitgaat van de zomer die over z'n hoogtepunt heen is, wat ben ik toch gek van dit tussenseizoen. Toen we nog in Vlaanderen woonden had ik rond deze tijd steeds goesting om naar 't zuiden te gaan. Ironisch genoeg heeft de verhuis naar dit zuiden aan dat gevoel geen knijt veranderd. Ik wil nog steeds naar 't zuiden. Misschien wonen we wel in 't verkeerde zuiden? 'k Heb het dus via m'n patron voor mekaar gekregen - gij mij congé geven of ik gedurende de hele week geen steek uitsteken, capito? - dat ik er eind volgende week voor een kort weekje vanonder muis naar Frans Baskenland. Vijf jaar is 't geleden dat ik er nog ben geweest, en iedereen weet hoe dat avontuur is afgelopen. Een Normandische madam en een hoop levenswijsheid rijker keer ik er dus binnenkort terug. Vijf dagen lang op een bergkam roofvogels observeren die door het Nauw Van Organbidexka de bergen oversteken op hun reis zuidwaarts, YIEHAAAA!!! Can't wait, birding bart is back!
Weet je trouwens wat ik vanavond heb mogen meemaken? Een groep van een honderdtal (100-tal) ooievaars die overtrok om wellicht deze nacht nog de Middellandse Zee over te steken. Du jamais vu, nooit eerder zoveel ooievaars samen gezien. 'Wie wordt er vader?' sms'te m'n birder in arms alias Svenneman me toen ik hem deze blijde boodschap liet weten. Grapjas, weet je trouwens wat je moet doen als zo'n bende over je huis trekt? In de lucht schieten! En weet je hoe je zo'n neergeschoten ooievaar noemt? Een dooievaar! Whaahahaaa!!!

zondag 29 augustus 2010

Creatief koken met katten

Vanmorgen om vier uur wakker gemaakt door een stel poezen dat net ietsje teveel lawaai maakte bij hun poging om gecoördineerd een pizza te stelen. In de stad wonen heeft immers z'n voordelen, ook. Als je eens geen zin hebt om te koken en je bovendien heel erg zin hebt in iets lekkers laat je je gewoon enkele pizza's leveren. Lekker, warm en bijzonder praktisch. 'k Was echter vergeten de restanten in de frigo te steken en vermits we samenleven met enkele gepatenteerde dieven stond het in de sterren geschreven dat er vannacht misdaad in de lucht hing. Gelukkig heb ik een zesde zintuig voor dat soort zaken en een gehoor-dat-nooit-slaapt. Om vier uur dus wakker geschoten en net op tijd beneden geraakt om de suspecten te identifieëren en de misdaad te verijdelen. Hoe krijg ik echter dat kattenbloed van de muur? En hoe vertel ik straks aan Célia dat die krab- en bijtsporen op m'n armen een gevolg zijn van overdadig nocturn krabben als gevolg van enkele venijnige muggenbeten? Hoe moet ik ook gaan verklaren dat Suchi en Ptibu vannacht plots besloten hebben om terug naar 't noorden te gaan? En wat doe ik in godsnaam met die twee kadavers? Kat met pruimen? Katten met socissen? Pellekat met boestring? Rijstkat met bruine suiker? Meer lekkere recepten vind je op m'n nieuwe site Creatief Koken Met Katten dot Com. Vroeg opstaan heeft echter ook z'n voordelen. Na een verkwikkende douche - 'k moest immers dat bloed van m'n lijf spoelen - ben ik dan maar m'n artikel beginnen afwerken voor Vogelbescherming Vlaanderen. Over vogels enzo - wie schrijft die blijft, niewaar? Remember my name, you will scream it later...

donderdag 26 augustus 2010

Oesters & speelmuisjes

't Lijkt erop dat ik m'n mening over deze zomer een scheetje zal mogen bijstellen, of om het met een bekend Canadees spreekwoord te zeggen: ik vrees ervoor het vel van de grizzly reeds verkocht te hebben voor ik hem naar de eeuwige jachtvelden heb gezonden. Wat zeg ik? Niet alleen z'n pels heb ik verkocht, ook z'n tanden en z'n klauwen en eigenlijk heb ik m'n grijze beer nog niet eens gevonden. Ik zit eigenlijk nog niet eens in Canada maar nog steeds in Sète.
Hoe gaan we deze situatie rechttrekken zonder al teveel gezichtsverlies te lijden? 't Is hier immers sinds eind vorige week opnieuw stevig warm en er staat geen zuchtje wind. Ben er zeker van dat ze in 't binnenland eieren kunnen bakken op de motorkap van de begrafeniswagens. Moet ik trouwens eens proberen, lijkt me een reuz-eidee. Haha!
Terwijl ik dit zit te tokkelen zeult ons Kleo af en aan met haar speelmuis - wat een prachtig woord is dat, niet? Kleo is immers niet alleen gefascineerd door bricoleerwerk, ze is ook de beste 'terugbrenger' of apporteur die ik ooit heb gezien. Kleo is een hond in een poezenpels. Je mag haar muis honderd keer wegsmijten en ze zal haar honderd keer terugbrengen. Een keer zijn we tot 32 gegaan, en had ik er niet zelf mee opgehouden dan was ik wellicht nog later op 't werk gearriveerd. Niet moe te krijgen, dat beest. Ze miauwt ook niet, ze is immers door stoute mensen veel te vroeg van haar mama gescheiden en daardoor heeft ze 't miauwen nooit geleerd. Blaffen doet ze echter ook niet, helaas, ze doet gewoon iets tussenin. Andere katten wegjagen doet ze echter als de beste. 't Is ooit voorgevallen dat ik een andere kat uitkafferde omdat ze weer eens plastiek had gesmikkeld, en toen zag ik Kleo prompt op de gestrafte kater aftrippelen om hem vervolgens een ferme tik tegen z'n snuit te geven. On-be-taal-baar! Kleo, je bent mijn heldin!
Soit, intussen zit De Warmte hier lekker in huis en werpt een volle maan haar zilveren schijnsel op het spiegelgladde water van de Bassin de Thau (vermoed ik toch want ik heb er helaas geen direct zicht op), wakend over de oesters die vredig vastgehecht verborgen hangen onder haar oppervlak. De 'etang', wellicht de enige plaats ter wereld waar oestervlees goedkoper is dan rundsvlees maar weet je wat? Over deze tweekleppige volvlezige lichtzilte krokante in-hun-goed-gecamoufleerde-bunkers-verscholen wonderbeesten zal ik het een volgende weer wel eens hebben. Tchawtchawtchaw! (is de lokale 'aafdagood' hier)

zondag 22 augustus 2010

Hoe sch'is't ermee?

Vandaag even gaan afkoelen in de Hérault, zaaalig want er staat geen zuchtje wind en 't is verdorie bakken. Het zeewater mag dan bijna ijskoud zijn - de aboriginals begrijpen er geen knijt van en beschouwen deze zomer als de slechtste in 30 jaar - het water van de rivier had een weldadige temperatuur. Bovendien was er veel minder volk dan op de zeestranden en was het decor een stuk meer te pruimen.
Heb ik al verteld dat Célia met een aquarium is gestart? Ze heeft op internet een viskommetje van een kleine 500 liter op de kop getikt en na er een bijpassend meubel voor te hebben gebricoleerd, er een 150 kilo rivierzand in te hebben gedeponeerd, hem vervolgens gevuld met kraantjeswater en de filter in werking te hebben gezet en stelselmatig de chemische en organische parameters van 't water te hebben geverifieerd, is 't geval eindelijk klaar voor flora & fauna. Bijna, eigenlijk. Er restte nog één detail: de decoratie annex het creëeren van een geschikt biotoop waar elk plantje en beestje z'n plaats in kan vinden. Schist of leisteen is daarvoor ideaal, je kan er immers prachtige muurtjes mee bouwen die de achtergrond van 't biotoop vormen. Waar vindt een mens echter deze gesteenten, in een omgeving die wordt geregeerd door kalksteen? In 't Centraal Massief natuurlijk, en meer bepaald in de Cevennen, die regio ligt hier immers 't korste bij. Wij dus vandaag de Hérault stroomopwaarts door z'n prachtige vallei gevolgd tot de kalksteen plaats maakte voor oud massief materiaal: schisten, gneiss en graniet. Dat Centraal Massief toch, een resultaatje van de botsing tussen twee enorme continenten zo'n 250 miljoen jaar terug waarvan we ooit hebben gezien dat het om de Hercynische gebergtevorming ging en waarvan ik vele keren heb beweerd dat het om de grootste gebergtevorming ging die de aarde ooit heeft gekend. Hierbij werd immers Pangea gevormd, dat grote oercontinent, de moederkloek van alle hedendaagse continenten. Herinneren jullie 't nog, ex-studentjes? Jullie hebben er geen idee van hoezeer ik vandaag aan jullie heb gedacht... Wat handig toch als je'n beetje geoloog bent, nietwaar? Ik vind dat elke madam er een zou moeten hebben, niet te geloven hoe handig dat is in huis.
Célia is dus supercontent - ook met haar geoloog - want met die 200 kilootjes steentjes die we hebben verzameld kan ze de komende dagen mooi aan de slag. To be continued. Weet je wat ik nu ga doen? Een superfrisse Duvel drinken. Ex-studentjes en oud collega's, deze is op jullie gezondheid!

vrijdag 20 augustus 2010

Het noorden dichterbij

Wat kan een mens toch moe zijn. Vrienden over de vloer krijgen is toch niet alles hoor. 'k Ga daar mee ophouden, met rondbazuinen dat we een stek hebben in Zuid-Frankrijk want dat werkt als een dr...aaikolk op allerhande ongedierte. Dat bovendien al je bier opzuipt dat ze jou net kado hebben gedaan.
'Een stek in 't zuiden geeft vrienden voor het leven', zei onze buurman me na onze aankomst hier - jawel, die van de bloemkolen. 'Je zal zien', zei hij, 'gedurende tien maanden hoor je niets van hen, maar eens de mooie dagen eraan komen krijg je plots een telefoontje zo van "he jong, hoe is 't?", dadelijk gevolgd door "zeg we komen de derde week van juli af, tof hé!"'. Gelijk had hij, de bloemkolen-onverdraagzame.
Neen hoor, een stel kameraden in huis is altijd bijzonder plezant. Dat brengt het noorden steeds een stukje dichterbij - ook al komt een van hen uit Milaan - en zeker als ze een tien-ton-wegend stuk vet meebrengen dat voor kaas moet doorgaan. Die Maroilles toch, dé kaas uit Frans-Vlaanderen waarvan het al lang geen publiek geheim meer is dat Célia en ik er de grootste fans van zijn. In plakken gesneden op de bruine boterham en dan gedurende vijf minuten een vulkanisch verwarmde oven in. Die smaak! Daarvoor zou een mens z'n moeder verruilen tegen drie geiten, een kameel en een handvol dadels. En die geur, daar gaat een aan-geurtjes-allergisch-zijnde-buurman steeds weer van steigeren. Vandaar dat pallet geurverfrissers dat gisteren aan z'n winkel werd geleverd. Mijn fout niet dat onze verluchtingsbuizen rechtstreeks in z'n winkel spuien, toch?
De noordse vogels zijn dus sinds vanochtend weer 't huis uit. 'k Zal weer wat meer kunnen slapen want overdag lekkende waterleidingen herstellen, sloten en rolluiken vervangen, oude menskes bedriegen en dat soort dingen, 's nachts telegeleide vliegtuigen bouwen en in 't weekend het wijdse achterland verkennen is toch ook niet duurzaam voor je metabolisme. Soit, we kunnen er weer tegen. Dat die geur nog maar lang in 't huis blijft hangen...

En ma, 't was echt maar om te zeveren hoor. Ben gewoon toe aan een forse dosis redbull - de fransen spreken 't uit als redbull, met de u van 'urgent' en 'urineblaasontstekingsremmer', wellicht het langste woord dat ik reeds heb gebruikt in deze blog. Of nog beter 'urineblaasontstekingsremmerS'. Hoeveel punten levert dat woord je trouwens op bij 't scrabbelen? Soit, 't was echt maar een graptje. Niet nodig dus om dit jaar m'n verjaardag te vergeten...

zaterdag 14 augustus 2010

Feel the force

Wat zijn de dagen reeds kort! Om halfzes 's morgens is 't nog schemering en om negen uur 's avonds gaat de straatverlichting reeds aan. 't Seizoen gaat echt bergafwaarts. 'k Kan nauwelijks geloven dat we over twee maanden reeds een jaar in Frankrijk wonen.
Sète maakt zich intussen op voor St. Louis en de onlosmakelijk verbonden 'joutes' - dat steekspel waar ik het reeds eerder over had. Langs het centrale kanaal worden tribunes opgetrokken, straten worden afgezet met nadar, de kerstverlichting hangt reeds in de straten en overal wapperen vlaggen. Je zou bijna geloven dat de Ronde van Vlaanderen hier gaat passeren. Jammer genoeg is 't enige wat hier volgend weekend rond zal zijn de buik van 'les jouteurs'. Hun leitmotiv is immers het bekend Chinees spreekwoord 'Een vet varken waait moeilijk weg' en dus beperkt hun training zich tot het binnenspelen van zoveel mogelijk calorieën teneinde zo stevig mogelijk op hun poten te staan. Op de keper beschouwd zijn les joutes dus niet meer dan een Sètoise variant van de bekende Hollandse sport om slapende koeien omver te duwen, maar dan met een likje verf meer, een enerverende muzikale omlijsting en een roze strik errond. Ik hou eigenlijk niet van les joutes. Ze zijn nog niet eens begonnen en ik heb er reeds een bloedhekel aan. Ook hun miezerige wapens bevallen me niet, domme houten lansen zonder metalen kop noch weerhaken die je op het houten schild van je tegenstrever moet planten. Een schild waarop bovendien ribbels zijn aangebracht zodat de lans zeker niet in de anatomie van je opponent schuift. Kan je daarmee nu naar de oorlog gaan? Geef mij maar een goedendag. Of een bazooka. Stel je voor dat er op honderd meter een lawaaimaker vanop een houten platformje met een lans en schild naar je staat te zwaaien en te dreigen dat hij je op je bakkes gaat slaan. Ik zou er alvast niet teveel woorden aan vuil maken. Z'n hoofd zou er met de eerste raket reeds worden afgeschoten en vervolgens zou ik samen met m'n geloofsgenoten z'n boot enteren en geen kwartier geven aan de rest van de bemanning. Helaas, helaas, helaas...
Centraal in dit zuiders carnavalgebeuren staan uiteraard de bootgevechten, maar er zijn ook processies, roeiwedstrijden etc. Zwart van 't volk gaat het hier volgend weekend zien. Vier dagen fiësta en de helft van de stad straalbezopen - ik ga alvast forfait geven in de roeiclub want als er iets is waar ik allergisch aan ben dan is 't wel omringd zijn door een dichte mensenmassa. No thanks, 'k zal wel m'n rugzak vullen en 't weekend 'en montagne' doorbrengen of op de Causses. 'k Heb nog geen enkele gier gezien en dat begint zwaar om m'n moraal te wegen. Soit, laten we maar beginnen met er een fijn weekend van te maken en eens wat croissants te gaan halen. Buurman Rémy maakt immers veruit de beste van de stad en iemand die binnenkort papa wordt mag wel een beetje gesponsord worden. Fijn weekend in 't noorden, let the force be with you...

vrijdag 13 augustus 2010

Killing Nemo

Zalig, zo eens twee dagen vakantie en 't weekend net voor de deur. In een week waar je vrienden op logement hebt en andere vrienden uit Vlaanderenland over de vloer krijgt is dat wel 't minste wat een patron je kan geven, ook al is 't dan onbetaald... Nu goed, op de eerste dag van m'n verlofje, gisteren dus, kregen we ook de eerste grote regenbui sinds een maand of twee te verwerken. Jawel Bart, het Middellandse-Zeegebied is opvallend groener dit jaar dan de andere jaren. I KNOW!!! Een prachtige zonsopgang met roze en paarse pastelkleuren over een donderbewolkte hemel vormde gisterochtend kriekelejour het decor van ons (m'n voor een tiental daagjes Milanese compagnon) visuitstapje naar een plezierhaventje langs de kust. Noch de zeebaarzen noch de dorades wouden bijten. Andrea probeerde het met de klassieke 'riviermethode' met dobber en loodjes, ik zoals vanouds met m'n 'actieve jaagmethode' alias 'zult-ge-nu-eindelijk-eens-in-mijn-plastieken-zwemmende-lokviske-bijten-gij-stomme-stinker', maar op alle fronten werd bot gevangen. Nemo wou gewoon niet bijten en dat had wellicht wel met het naderende onweer te maken. Wellicht. Vervolgens veranderden we van stek en posteerden ons naast het centrale kanaal waar de goudbaarzen alias dorades door moeten op hun jaarlijkse migratie van de zee naar de Bassin de Thau. In 't voorjaar en zomer gaat hun trip naar de bassin, waar ze zich voortplanten en hun buikjes rond eten, en eens hun voortplanting erop zit en 't water van de bassin begint af te koelen verlaten ze in groten getale hun zomerkwartier en wringen zich door de flessehals van Sète terug naar zee. Goudbaarzen zijn echter vraatzuchtige dieren die het liefst in zn 'gangs' mossel- en oesterbanken plunderen. Met hun sterke kaakjes kunnen ze enorme ravages aanrichten en 't zal je maar overkomen dat je als schelpdierkweker op een zonnige morgen ontdekt dat je investering in de buik van een school dorades is verdwenen. Soit, niet alleen de trek van de dorades is spektaculair, ook de jaarlijkse visvangst erop maar weet je wat? Dat verhaal hou ik nog even achter de hand want anders weet ik in september niet meer wat kribbelen. Feit is dat ook langs de flessehals - die zich net naast Célia's onderzoeksstation bevindt - niets te vangen viel, ook al waren we beiden van vangstmethode veranderd want dorades vang je met de 'ik-smijt-mijn-lood-zo-ver-mogelijk-in-'t kanaal-en-wacht-domweg-tot-een-vis-er-met-m'n-bibi-vandoor-probeert-te-gaan-techniek'. Kale reis gisterochtend, dus.
En toch hebben we vis gegeten. Twee kilo gefrituurde anjsoviskes. Voor vier euro. En dat is ironisch genoeg de prijs van een doosje wormkes...

donderdag 5 augustus 2010

L'été pédé

De zomer lijkt voorbij, hier. Ook al beweert iedereen het tegendeel en zegt men me honderd keer per dag dat ik moet ophouden met zeveren, ik zeg dat de zomer hier definitief verleden tijd is en ik zeg het nog een keer want het IS gewoon zo. De zomer van 2010 in Zuid-Frankrijk was bijzonder kort en nauwelijks hevig. Het was een zomer voor woessies die wellicht in de annalen zal verdwijnen als 'l'été pédé'. Lach maar, daar in 't noorden. Jullie hebben lekker zitten, kruipen en liggen braden maar terwijl in Flanders' Fields de barbeque geen dag is uitgedoofd zit ik hier nog steeds op de eerste honderd hitteslachtoffers te wachten. Dat blijft maar leven hier. 't Zal dus niet voor dit jaar zijn. En ik die in januari het koud zweet zich reeds door m'n poriën voelde persen en uren in de mistral naar 't angstzweet stonk wanneer ik nog maar aan de zogenaamde dodelijke zomermaanden dàcht - 'loop maar in uw hemd rond manneke, in juli gaat ge om uw moeder roepen' - awel, diep teleurgesteld ben ik. De dagen worden merkbaar korter, het ochtendlicht wordt warmer, de spreeuwen beginnen formaties te vormen, de boerenzwaluwen zijn stilaan volleerd en de druiven beginnen te rijpen, ik zeg dat de zomer voorbij is. Tuurlijk staan ons nog warme dagen te wachten, zou er nog aan mankeren ook, maar 't ergste zouden we gehad moeten hebben.
Gisteren ontmoette ik een koppel rugzaktoeristjes - een aangenaam lichtpunt tussen al die bruingebakken en melanoomgeabonneerde strandvreters die het verkeer hier doen dichtslibben. 'k Ben er zeker van dat ze nog niet eens wisten waar en hoe ze de nacht gingen doorbrengen. Op het strand, op een bank in 't park, op een verlaten vissersboot of op de dorpel van een grootwarenhuis - net zoals ik jaren terug. Nostalgische herinneringen aan de tijd van toen gecombineerd met het korten van de dagen zijn dé ingrediënten om een Bart Goemaere naar de Pyreneeën de doen verlangen, de trekvogels achterna. Ik wil naar Organbidesca. Ik wil roofvogels observeren en hen stil een laatste groet toewensen vooraleer ze de grens met Spanje oversteken tijdens hun verre reis zuidwaarts. Sète-Organby is een luttele vier uurtjes rijden. Vijf jaar is het reeds geleden dat ik er nog ben geweest. Vijf jaar van afzien en tandenknarsen in september. Mannekes, het begint heel hevig te kriebelen...

woensdag 4 augustus 2010

Inglorious Bastard

Soms wil ik een smeerlapke zijn. Dan vervang ik de speciale silicone om scharnieren te smeren door snel-uithardende lijm - je moest het gezicht van m'n collega gezien hebben toen de deur na elke open-en-toe-test muur- en muurvaster kwam te zitten, dan giet ik motorolie bij de benzine voor de grasmaaier - en roken dat dat doet, dan plas ik in de push-push waarmee we doorgaans onze handen wassen - zelden zo hard horen vloeken, dan monteer ik de decoupeerzaag van onze schrijnwerker achterstevoor, rij ik bewust in grote plassen wanneer ik een voetganger passeer, gooi ik al rijdend druiventrossen in kinderzwembadjes, verstop ik een verse goudbaars in de dienstwagen van onze ververs - stinken, stinken!, en giet ik rood pigment bij hun ruitensproeistof. Soms ben ik een creatief maar onmiskenbaar smeerlapke. Om dan plots wakker te worden. Of was 't toch geen droom?

maandag 26 juli 2010

Joedonoo

Reeds twee weken niet meer geblogd zie ik, oeps! Komt ervan als je collega met vakantie is en je dus dubbele shiften kan kloppen om 't werk gedaan te krijgen. Soit, dat extraatje op 't eind van de maand is mooi meegenomen. Minder tijd om te bloggen dus, sorrykes! Voor de rest weinig nieuws onder de zuiderzon. 't Is hier net zoals in 't noorden warm en gelukkig brengt een stevige noorderwind de laatste dagen wat aangename verfrissing. De dertien spiksplinternieuwe windmolens in de Montagne de la Moure staal pal noord gekeerd en zo zie ik ze het liefst.
't Wemelt hier sinds een week of twee trouwens van de Vlamingen. Je hoort opvallend veel Westvlaams in de straten - of misschien is deze soort gewoon wat praatzieker dan haar soortgenoten uit de andere provincies - en het krioelt hier van Belgische nummerplaten. 't Is wachten op het moment dat er zo eentje eens heel erg de aap uithangt om hem of haar eens lekker in zijn of haar taal zijn of haar vet te kunnen geven. Waar een mens al niet naar uitkijkt. 'k Weet niet hoe 't in Vlaanderen zit maar hier is de graanoogst reeds binnen en zijn de akkers reeds geploegd, wat prachtige taferelen oplevert van tientallen Zwarte Wouwen die op de versgeploegde akkers op zoek gaan naar wormen, insecten en muizen. Prachtig!
Nog een Vlaamse noot om deze fragmentatieblog positief af te sluiten. Wisten jullie dat onze eigenste Milow razend populair is in Frankrijk? Daar Nostalgie hier niet te krijgen is - tenzij je echt de lokale oersmeuïge en van het Franse chançonkwijl druipende versie wilt - ben ik immers genoodzaakt om m'n telefoon alias radio hier op Franse zenders af te stemmen. Awel, op de meest populaire pop-rock-zenders wordt Milow zeer frekwent in de ether gesmeten, én door de modale Franse werkmensch nog meegezongen ook. Joedonoo, joedonoo, joedonoo, joedono anythin' 'boumie, is dan ook wonderwel wellicht een van de meest beklijvende werkdeuntjes aller tijden. Populairder dan Johnny Hallyday, zelfs. Al zal dit wellicht niemand verbazen...

zaterdag 10 juli 2010

Summer in the Sèty

't Is vreemd, in Sète wonen. Als je'r woont en er je boterham - of 'tielle' (een lokale specialiteit die eruit ziet als een rijsttaartje en bestaat uit een hoopje vermalen inktvissen, tomaten en tuinkruiden met een samengevouwen dun stuk brooddeeg errond - heel heel lekker, trouwens) - verdient (ja 'k weet het t'is soms moeilijk lezen met al die gedachtenstreepjes en haakjes maar na drie keer lezen - of herlezen, dus - heb je de zinsconstructie wel beet) rijg je de dagen aan een recordtempo aan elkaar en voor je 't goed en wel beseft is er weer een maand voorbij. Daarnaast, in dezelfde stad, krioelt het van toeristen die de stad en omgeving op hun manier ervaren en beleven. Heel vreemd soms, die dualiteit. Je stapt uit je bestelwagen, botst tegen een koppel nederlanders dat naar de prijzen in een etalage zit te zoeken, duikt je koffer in om er je gereedschap uit te halen en moet vervolgens een kwartier wurmen om je door de massa een weg te banen naar de plaats des onheils aka de plek waar je aan de slag kan. Aan de ene kant de gestresseerde werkmens, aan de andere een gedecontracteerde aardbewoner die gewoon niets beters te doen heeft dan je voor de voeten lopen en zoeken naar een plek waar hij z'n zuurverdiende centen kan uitgeven, en aan de derde kant een stad die er alles aan doet om die centen binnen te slokken en die alles uit de kast haalt om dit fiscaal debiet te verhogen: via lokale specialiteiten, evenementen, attracties etc.: zomer in 't zuiden is big business. Van mei tot september moet de middenstand z'n jaar maken, geen sinecure in een streek die het grotendeels van het toerisme moet hebben. Gelukkig willen de mensen willen entertained worden en Sète doet er alles aan om te maken dat ze in de consumtiemaalstroom van haar buik blijven en vooral geen goesting krijgen om hun honger naar entertainment elders te gaan stillen. Sète in de zomer is eten, drinken en water. Eten en drinken kan in de lokale horeca - in sommige etablissementen kan je trouwens heel heel lekker je voetjes onder tafel schuiven - en via boottochtjes kan je de étang aan den lijve ondervinden, je kan bootjes en jetski's huren en voor wie dat allemaal veel te actief is is er plezier (nou ja) voor het oog. Zo zijn er 'les joutes', de lokale variant van wat wij Middeleeuwse steekspelen zouden noemen. Niet met paarden hier, uiteraard, maar met roeiboten. 't spel bestaat erin dat je je tegenspeler met een houten lans het water in duwt. Je paard bestaat uit een roeiboot waarin een dozijn roeiers voor de juiste snelheid zorgt en twee muzikanten (een trommelaar en een soort slangbezweerder, maar dan dan zonder slang noch bezwering) het adrenalineniveau op peil houden. Parallellen met oude krijgersgebruiken zijn legio. De toeristen vinden het geweldig als de minst gelukkige van op z'n platform het water in dondert. Soms vallen ze alletwee in 't water. En plezant dat dat is... Soit, het houdt de mensen zoet en de commercie vaart er wel bij. Nog meer lust voor het oog vormen de schaarsgeklede schoonheden die zich gracieus door het straatbeeld bewegen. Eigenlijk wou ik schrijven: de boten die van heinde en minder heinde de haven van Sète als tussendoortje op hun programma hebben staan. Zo zagen we hier reeds de 'Vinland' een trouwe replica van een Noorse drakkar - die trouwens een dag na z'n vertek kapseisde en zonk, de 'Banque Populaire II' - de grootste wedstrijdtrimaran ter wereld, en twee weken terug nog een immens cruiseschip. Je kan niet zeggen dat er hier niets te beleven valt, maar los van die drukte mag je mij gerust m'n halfuurtje lopen op de kustpromenade geven. Ruim voor turistus ordinarus van z'n ontbijttafel opstaat...