Pagina's

zaterdag 23 januari 2010

't Is lente!

Je gaat het niet geloven, maar 'k heb zonet de eerste zwartkop gehoord - een grijs vogeltje ter grootte van een mus waarvan 't mannetje een zwarte kruin heeft ('t bovenste deel van de kop) en 't vrouwtje een bruine.
Zwartkoppen staan voor mij gelijk met het begin van de lente. Weet je, toen ik nog een klein vogelaartje was keek ik elk jaar uit naar de eerste tjiftjaf - een ander zangvogeltje, klein en groengeel. Het eerste tjiftjafgekwetter 'tjiftjaftjiftjaftjiftjiftjaftjiftjaf' kondigde in m'n jongste jaren steevast het einde aan van de koude wintermaanden en het begin van het drukke vogelseizoen. De tjiftjaf was de eerste trekvogel die terug in onze streken arriveerde. Door het geleidelijk aan zachter worden van onze winters bleven meer en meer tjiftjaffen echter ook 's winters gewoon ter plaatste en daardoor verloor het kleinood z'n referentiewaarde. We moesten dus uitkijken naar een alternatief en de keuze viel daarbij op de zwartkop, een trekvogel die meestal ietsje later dan de tjiftjaf arriveerde.
Vanaf m'n wilde adolescentenjaren keek ik dus uit naar de eerste zwartkop. 'k Herinner me nog goed dat collega-brother-in-arms-en-steeds-voor-een-partijtje-vogelspiepen-te-vinden Sven en ik elkaar een sms stuurden wanneer we de eerste dit of dat hadden gespot 'Eerste zwartkop gehoord in Grote Zenne!' of 'Eerste grasmus in Berendries'. Waar is de tijd, snif... Svenneman, dit blogbericht draag ik op aan jou. Vogel ze, dit jaar.
'k Weet het, hier heeft dit heuglijk nieuws minder impactwaarde dan bij ons, zwartkoppen trekken hier immers niet weg. Maar toch, ze bouwen vanaf het najaar een radiostilte in en deze werd dus deze morgen verbroken. In een bosje in 't centrum van Sète, en ik was er getuige van toen ik naar de bakker wandelde...
M'n ochtendwandelingetje had trouwens nog meer lekkers in petto. Toen ik de brug van 't centrale kanaal overstak zag ik hem, mijn azuurblauwe vriend ijsvogel. Meestal zie ik hem laagvliegend over 't water maar nu zat hij gewoon op een koord tussen twee bootjes, met z'n kopje schuddend als een jonge papegaai. IJsvogels doen hier in 't zuiden hun naam alle eer aan. Ze ontvluchten de vrieskou in 't Centraal Massief en brengen de winter door waar 't wat warmer is. De haventjes aan de Middellandse Zee zijn prima plaatsen om de winter door te brengen: ijsvrij en boordevol jonge visjes die uit de Bassin de Thau zijn afgezakt om dezelfde reden.
Een zwartkop en een ijsvogel, dit weekend kan nu al niet meer stuk...

donderdag 21 januari 2010

Chinees spreekwoord (van en voor honden)

Als 't niet eetbaar is
En als 't niet bespringbaar is
Pis erop

[gisteren gehoord tijdens 't roeien]

woensdag 20 januari 2010

Soms vraagt een mens zich af...

Sète is geen eindpunt. Sète is niet het einde van een lijn die in Halle op de kaart is gezet is via Roosdaal en Sint-Kornelis-Horebeke is getrokken. Sète maakt gewoon deel uit van die lijn. Het stadje is een eindig tussendoortje.
We zijn hier voor drie jaar - de tijd die Célia denkt nodig te hebben om 'dr.' voor haar naam te krijgen aka haar eerste strepen te verdienen in haar onderzoeksdomein. Die driejarige eindigheid maakt dat je onbewust intenser gaat leven. Het is ondermeer ook die eindigheid, of beter het gebrek daaraan, die de keuze om weg te trekken uit Horebeke zo makkelijk heeft gemaakt. Het idee om m'n hele leven op één plaats te wonen heeft me immers altijd heel erg beangstigd. 'k Ga niet proberen om het uit te leggen want per slot van rekening kan het wie dan ook wellicht geen bal schelen, maar me vastpinnen op één plaats kan ik niet. Nog niet. 'k Heb het nochtans geprobeerd, zeker weten. De Hoogkoutermolen was en is een prachtig project en er is wellicht geen mooier plek op aarde dan het dak van de keuken. Kruip er maar eens op, zo begin augustus tegen de zessen. Veeg het dakgrind wat opzij en leg je rug tegen de warme molenromp. Kijk uit over de velden, snuif op die geur van onze Vlaamsche boerenbuiten, luister naar die tierelierende veldleeuweriken en drink op dat frisse gerstenat. En daarna een barbecuetje in de tuin, een patat in 't vuur en een dikke schelle spek op de grill. Gewoon het einde. Maar er m'n hele leven blijven wonen? Toen het einde van de werken aan de molen in zicht kwam begon ik al te denken 'Wat nu? Wat ga ik in godsnaam doen als ik in de molen niets meer om handen heb?'. ''k Ga toch niet m'n hele leven onder die zelfde kerktoren blijven koekeloeren?'. Soms vraagt een mens zich af...
'k Heb wellicht avontuur nodig in mijn leven. Op vakantie gaan is niet genoeg. Uiteindelijk kom je terug thuis bij huisje tuintje brievenbusje en maandag-weer-gaan-werken'tje. 'k Ben een heel moeilijk mens - dat ik dààr nu toch niet tevreden mee kan zijn. Eingenlijk wil ik geen avontuur in m'n leven, 'k wil avontuurlijk leven - en dat zijn twee totaal verschillende concepten. Je niet verankeren aan een keurig uitgestippeld traject, dus. Zeilen in functie van de wind, niet in functie van een lijn op de kaart.
De steven naar Sète wenden was dus een stap in de goede richting, dé kans om ons leven een totaal nieuwe kant uit te sturen. Niet weten wat morgen zal brengen, dàt is avontuur. Intenser leven, dus. We hebben drie jaar om hier alles uit de kast te halen, hier in 'le sud'. Goe bezig.

woensdag 13 januari 2010

Zwoele winteravond

Surrealistische toestanden. Terwijl koning winter Vlaanderenland, en zowat de hele rest van Europa, in zijn bankschroef geklemd houdt is de temperatuur hier toch wel de hoogte in gegaan zeker. Meer dan 10°C vandaag, en momenteel nog 8°C! Finito bevroren plassen, finito sneeuwtapijtje en gedaan met die ademwolkjes. Leg dat thuis maar eens uit...
Net terug van 't roeien, trouwens. Célia is met haar collegatjes op stap en ik moet hier dus moederziel alleen koud bier zitten drinken. Een 'Chouffe' die zo van ons terras in 't glas is gegaan. 't Kan erger...
't Was trouwens stevig, dat roeien. Geen zuchtje wind, water zo vlak als de buik van Shakira en niks van stroming - we vlogen gewoon door 't water. Perfect gefaseerd, meestal. KLOTS... KLOTS... KLOTS, zes roeispanen die gelijktijdig het water streelden. En soms KLOTSklots... KLOTSklots..., als ik weer es 't ritme kwijtraakte - 'Bart, ifo rammer ansamble!!!'. In T-shirt, hartje winter. Dan meteen onder de douche en vervolgens een moment van fris blond geluk uit onze Ardennen. En een zachte stoel om m'n verhitte kont terug op een resonabele temperatuur te laten komen. Een goede kameraad zou het plaatje compleet maken. En m'n madam om m'n glas bij te vullen ;-)
Maten, deze is op jullie gezondheid!

dinsdag 12 januari 2010

En winteren zal 't

Toen we verhuisden nam ik me drie zaken voor. Eén dat ik alleen nog maar zou doen waarin ik goesting had. Twee dat ik me nog meer dan vroeger ging concentreren op wat belangrijk is in die paar jaar die ons op deze aardkloot zijn gegund en drie, dat ik hier nooit een vest zou dragen.
In 't eerste ben ik tot nu toe glansrijk geslaagd. 'k Ben nog steeds werkloos en dus zijn m'n dagen meer dan ooit gevuld met geconcentreerde goesting. Zo'n goesting die net uit 't pakske komt, die al z'n aroma's plots als een neusexplosie prijs geeft aan de buitenlucht en waarvan je geen halve tas nodig hebt om je enkele uren wonderwel te voelen. Euforie van rode stier gemengd met smikkelsmakheid van sterke rots. M'n creativiteit scheert hoge toppen, de laatste tijd. Dankje Sète.
Voor 't tweede die ik hard m'n best. Relativeren kan je leren en veranderen van omgeving is geestverruimend. Toen ik Célia leerde kennen werd Horebeke 't middelpunt van m'n wereld, in plaats van 't spreekwoordelijke gat van Pluto. Horebeke ligt immers tussen 't Brusselse - Heimatland - en Normandië - les racines Céliatiques. Nu we zijn verhuisd ligt 't middelpunt van ons bestaan welligt ergens in 't noorden van 't Centraal Massief, want halfweg tussen Sète en 't Brusselse. We moeten dus dringend werk maken van de verkenning van dat Franse gebiedsdeel want anders zal onze geografische navel een stukje onverkend maagdelijk oerwoud blijven. Maar dit terzijde. Prioriteiten stellen, da's de opdracht.
M'n derde voornemen is echter een paar weken terug dik de mist in gegaan. Heb ik reeds verteld dat 't kan vriezen hier? En dat het ijs hier even hard is dan bij ons? Gisteren ben ik namelijk voor de eerste keer echt gaan fietsen - maakt deel uit van m'n eerste voornemen - en toen ik ontdekte hoe fijn het is om in scheurtempo ijsbrekertje te spelen in grote bevroren plassen - kraaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaaakrakrakrakraaaaaaak, rondvliegende ijsbrokken en hot rubber - mocht ik tot m'n schade ondervinden dat 't ijs in sommige plassen zo dik gevroren lag dat zelfs mijn zware lijf het niet meer tot kraken dwingen kon. Met als gevolg een stevige swieoef en een bart die op zijn bakkes lag. Doe ik dus niet meer, dat ijscrossen. 't Vriest hier dus stevig, en als de wind bovendien uit 't land komt duikt de gevoelstemperatuur pijlsnel naar beneden en is 't bijgevolg aangeraden een stevige jas tot de obligate uitrusting te rekenen. Hoe diep kan een mens vallen. Zelfs de lokale daklozen die elke dag steevast hun fles wijn op dezelfde bank in 't stadspark leegzabberen maken me attent op dit persoonlijke hoogverraad 'copeng t'as mis ung blousong?!'.
De winter heeft ook z'n mooie kanten. Reeds een week ligt de north face van de Mont St. Clair bedolven onder een kolossaal sneeuwtapijt van ettelijke millimeter, wat de lokale autoriteiten vast bloednerveus maakt uit vrees dat als dit hondeweer aanhoudt wellicht de eerste lawine in de geschiedenis van de stad in de maak is. Misschien moet ik hen wel aanraden dat ze, om schade te voorkomen, best de meest risicovolle wijken preventief platbulldozeren. We wonen in 't zuiden, we denken op z'n zuiders.
Het winterweer heeft hier anders nog andere pijlen op z'n boog, maar dat vertel ik een volgende keer wel. Eerst es naar de gemeente bellen...

maandag 4 januari 2010

2009 - 2010

Sète, 4 januari 2010. Kléo spint zachtjes naast m'n laptop, Ptibu doet hetzelfde op m'n schoot. Colplay verbreekt de stilte van 'Casa Felina'. Buitentemperatuur is zo'n stevige 8° - warm hier - er staat geen zuchtje wind en 't is stevig bewolkt.
Terug in 'le sud', dus. 't Deed gisterochtend geen beetje zeer opnieuw in de wagen te stappen en de motorkap naar 't zuiden te wenden. Voorgaande jaren heb ik het nooit voor kerst en nieuw gehad, dit jaar echter was deze periode voor ons 'thuiskomen', tijd nemen voor onze familie en vrienden die we reeds meer dan twee maanden niet meer hadden gezien, zonder de stress van 'er moet nog dit en er moet nog dat'. Zalige momenten beleefd, fijn om op zovele plaatsen welkom te zijn. Paradoxaal toch, dat een mens meer dan 1000 km verder moet gaan wonen vooraleer hij pas echt beseft welk prachtig volk er in 't noorden woont...
Onze poezen zijn content dat we terug zijn. Ook al werden ze tijdens onze afwezigheid goed verzorgd, onze terugkomst schijnt toch heel veel voor hen te betekenen. Wie zei ooit weer dat poezen asociaal en onafhankelijk zijn?
Wat we in 2010 gaan doen? Wel, Célia zal zich verder vastbijten in haar onderzoek en in haar vrije tijd een uitbreidingsoffensief op ons terras lanceren met haar vetplanten- en cactussenarmada. Ik van mijn kant lanceer een offensief op de lokale arbeidsmarkt en samen gaan we de komende maanden de regio verder verkennen. Binnen een goede maand of twee zullen de zeebaarzen opnieuw honger krijgen en dan gaan we - of liever ik - weer regelmatig vissen. 't Doet me'r trouwens aan denken dat ik m'n tuinkachel in de Vlaamse Ardennen ben vergeten. Terras plus tuinkachel plus zeebaars plus eikenzaagsel plus lucifer plus 24 uur geduld geeft immers gerookte zeebaars. Plus een beetje rook. En een klein beetje visgeur. Hopelijk hebben we tolerante neven-, boven- en overburen. Verder ga ik zalig roeien, mountainbiken, boogschieten, boomerangen, wat experimenteren met vliegende vleugels en vermits Célia graag zou gaan duiken gaan we ook in deze sport onze tanden zetten. 't Gaat druk worden, 'k voel het...