Pagina's

maandag 7 januari 2013

It's all about shit

Ik moet niet hebben van de Sètoise daklozen. 'Les sdf' zoals ze hier worden genoemd 'sans domicile fixe' zijn smerig, vervelend, ongemanierd, smerig, ongemanierd en vervelend. En vooral smerig, vervelend en ongemanierd.
Voilà, de toon voor 2013 is gezet.
Een voorbeeld. Je kayakt rustig door de kanalen van 't Moermansk van 't zuiden (de tegenhanger van 't Venetië van 't noorden) richting zee om te gaan vissen, uit te waaien, ongestoord te gaan plassen of weetikveelwat en daarvoor moet je obligaat onder enkele bruggen door. Wie bruggen zegt zegt keutels, drollen, aarspuree, darmshake en 'jus d'anus', hier in Sete - zoals wellicht overal op deze planeet.
Daklozeninhoud, uiteraard. In plaats van rustig onder een palmboom te kruipen of in een rustig hoekje hun billen over een kaai te draperen - of naar een doodnormaal openbaar toilet te gaan - laten de straatzwalpers van deze stad onbeschaamd onder de eerste de beste brug hun broek zakken om er zich van enkele kilootjes te ontdoen. Of beter, van enkele liters. Dit soort medemens heeft immers de ongezonde gewoonte het merendeel van z'n energie uit bier te halen - de merken die goedkoper zijn dan toiletpapier weetjewel - waardoor z'n uitwerpsels meer nat zijn dan vast en z'n roestplaats meer weg heeft van een glijbaan dan van een mijnenveld. Prettig als je tweemaal door zo'n stankgordijn moet om in open water te geraken.
Daklozen zijn smerig, I tell you.
Er zijn uitzonderingen, uiteraard. 't Zou getuigen van bekrompenheid en onverdraagzaamheid om alle daklozen over dezelfde kam te scheren.
't Zijn allemaal geen brugschijters, uiteraard.
Er zijn ook deurschijters.
Enkele weken terug kom ik thuis, blijgezind na een dag vol naadloze interventies, vette 'pourboirs' en diepe decolletés - de voordelen van m'n job. Ik open de voordeur van het gebouw, en in plaats van de vertrouwde geur van look, bloemkool, oud bier, kattenbak en natte hond smijt een muur van stank me keihard achterover. Niet begrijpende wat er gaande is overbrug ik de afstand tot onze voordeur, om tot m'n afgrijzen vast te stellen dat die volledig is ondergescheten.
Durf niet te lachen!
Ondergescheten miljaarde. Van da nat! Iemand had 's ochtends de deur niet gesloten. Iemand had z'n kans geroken. Vijf liter stront tegen en in een enorme plas aan de deur. Ik kon beginnen kuisen, kokend van koleire. Eerlijk, had ik die m/v met borreldarm op heterdaad betrapt dan had ik hem/haar zeker alle hondendrollen in een straat van vijf kilometer laten opeten. Zeker weten.
De vingerdruk van een sdf? What else?!
Daklozen zijn onbeschaamd.
Ik heb dus redenen tot klagen, verwijten en veroordelen. De boom in met de socio-economische redenen die hen tot dit weinig benijdenswaardige bestaan hebben verdoemd. Er zijn grenzen, ook voor hen. Kijk dus maar niet vreemd op als ik die naar zweet, bier, urine en spetterpoep walmende straatbedelaars geërgerd negeer 'sivuplee mesjeu une pjes mesjeu'.
Een stamp onder uw gat ja.
Daklozen zijn vervelend.
Wraak is zoet, echter. Sinds enkele weken maak ik geen gebruik meer van ons huiselijk toilet. Gedaan met de beschaafdheid. In plaats daarvan hou ik m'n kroontje lekker dicht tot wanneer ik een slaapplaats van 'les sdf' passeer. Een korte stop, vier pinklichten, een sprintje en een moment van weldaad op de oude matrassen, dekens en karton die ze doorgaans als beddegoed gebruiken.
Slaap ze, vuile vriend! En geniet ervan zolang 't nog warm is...

Geen opmerkingen:

Een reactie posten